De onderzoekers vonden botten van groot wild als herten en lama’s, en gereedschappen om de dieren te slachten en huiden mee af te schrapen.
Maar het opmerkelijkst waren de botten van de jager zelf. Ze waren slank en licht, wat de onderzoekers het vermoeden gaf dat het een vrouw betrof.
Gebit geeft het geslacht aan
Een speciaal onderzoek, dat op basis van het eiwit amelogenine in tandglazuur het geslacht kan bepalen, bevestigde dit vermoeden: de grootwildjager, die naar schatting stierf op de leeftijd van 17-19 jaar, was een vrouw.
De ontdekking breekt met het beeld van de jager-verzamelaarscultuur waarin mannen jagen op groot wild, terwijl vrouwen een veiliger bezigheid zochten door wortels, fruit en bessen te verzamelen.
Het beeld van de vaste rolverdeling van man en vrouw heeft zich onder meer vastgezet doordat hedendaagse jager-verzamelaarsculturen in Afrika zo zijn ingericht.
Om te bepalen of de vrouwelijke jager uit Peru niet een uitzondering was, breidden de onderzoekers hun studie uit.
Ze bekeken opgravingsverslagen van 107 steentijdgraven in heel Zuid- en Noord-Amerika, allemaal meer dan 8000 jaar oud.
Van de 26 graven met jachtwapens waren er waarschijnlijk tien van vrouwen.
Deze eyeopener kan het beeld van de rolverdeling tussen mannen en vrouwen en de structuur van de samenleving in de steentijd omgooien.