Shutterstock

Onderzoekers ontdekken nieuwe mensensoort in grot

Botvondsten duiden erop dat een nog onbekende mensensoort – Homo luzonensis – rond 50.000 jaar geleden op het Filipijnse eiland Luzon heeft geleefd. In de tijd van de 1,20 meter kleine holbewoner kwam Homo sapiens ook al voor.

Filipijnse wetenschappers hebben een nieuwe mensensoort ontdekt in een grot op het grootste eiland van het land, Luzon. De eerste resten van beenderen en tanden werden al in 2007 gevonden door de archeoloog Armand Mijares.

Hij dacht eerst dat hij overblijfselen van een dier in handen had, maar in de 12 jaar daarna bleek uit onderzoek en andere vondsten dat het om een nieuwe tak van het geslacht Homo gaat, waar onder meer Homo erectus en natuurlijk Homo sapiens onder vallen.

Gebit lijkt op dat van huidige mensen

De onderzoekers hebben de nieuwe soort Homo luzonensis gedoopt, naar het eiland. Er zijn resten van in totaal drie verschillende individuen van de soort gevonden, die tussen de 50.000 en 67.000 jaar geleden leefden.

Homo luzonensis was een holbewoner, en zijn tanden deden sterk aan die van de moderne mens denken. De botten zijn echter erg klein, en de archeologen schatten dat de soort nog geen 1,20 meter lang was. Wetenschappers wereldwijd zijn verheugd over de vondst.

‘Dit is absoluut een van de belangrijkste vondsten die we de komende jaren zullen zien,’ zegt paleoantropoloog Aida Gómez-Robles, die de studie voor publicatie onder de loep nam.

De tanden waren klein, maar leken op die van de moderne mens. In totaal zijn er zeven tanden, twee vingerkootjes, twee teenkootjes en een dijbeenbot uit de grot opgediept, en al die elementen zijn waarschijnlijk afkomstig van twee volwassenen en een kind.

© Callao Cave Archaeology Project

Het wemelde op aarde van de mensensoorten

De Filipijnse vondst maakt duidelijk dat het geslacht Homo zich over meer delen van de aarde had verspreid dan de onderzoekers zich hadden voorgesteld.

De afgelopen jaren is gebleken dat Homo sapiens, de ‘hobbit’ Homo floresiensis, de Denisovamens, de Neanderthaler en nu ook Homo luzonensis rond 50.000 jaar geleden allemaal tegelijk op aarde voorkwamen.

Sommige van deze mensensoorten zochten elkaar op en kregen samen kinderen, wat in het erfelijk materiaal van de moderne mens nog te zien is.

Oorsprong van de Luzonmens is een raadsel

Het is nog een raadsel of Homo luzonensis contact had met andere soorten en waar de kleine holbewoners vandaan komen.

Mogelijk stamden ze af van de vroege mensensoort Homo erectus, die circa 1,5 miljoen jaar geleden uit Afrika wegtrok – en wellicht op Luzon belandde. Hier kunnen de Afrikaanse migranten door hun duizenden jaren van isolatie zijn gekrompen tot Homo luzonensis.

Homo luzonensis kan echter ook van een heel andere mensensoort komen die Afrika nog vóór Homo erectus verliet. Dat zou sensationeel zijn, want dan moeten we de vroege uittocht van de mens uit Afrika volledig herzien.

Zowel de teen- als vingerkootjes zijn krom bij Homo luzonensis, wat er volgens onderzoekers op duidt dat ze handige boomklimmers waren. Dit teenkootje is circa 2,5 centimeter lang.

© Callao Cave Archaeology Project

De onderzoekers hopen bruikbaar DNA uit de Luzon-botten te vinden, zodat ze misschien een antwoord krijgen op de vele vragen die ze hebben.

Het is tot dusver nog niet gelukt, maar als het ervan komt, kunnen de onderzoekers belangrijke kennis opdoen over de verwantschap van Homo luzonensis met andere mensensoorten, en daarmee over de oorsprong van de kleine Filipijnse holbewoner.

De Callao-grot ligt in het uiterste noorden van het grote Filipijnse eiland Luzon. De grot staat sinds 2007 in de belangstelling bij paleoantropologen.

© Google Maps