2 september 2018. De piloten Jim Payne en Tim Gardner zitten 13 kilometer boven de Andes in de Perlan II.
Een propellervliegtuig heeft dit slechts 500 kilo zware zweefvliegtuig de lucht in getrokken, en nu klimt de Perlan II op de wind verder omhoog.
Het toestel heeft een spanwijdte van 25 meter en is gemaakt voor maximale lift door te surfen op luchtstromen boven de bergen.
De warme lucht stuwt het vliegtuig voorbij de Armstrong-limiet op 19,2 kilometer. De atmosfeer is nu zo dun dat buiten de drukkamer van het vliegtuig je bloed zou koken.
Vijf uur na take-off zweeft de Perlan II 23 kilometer boven de aarde, bijna 4 kilometer hoger dan welk ongemotoriseerd vliegtuig ook.
Alleen spionagevliegtuigen en luchtballonnen hebben dit eerder gedaan. De Perlan II kan aan de rand van de ruimte zweven en de snelheid, temperatuur en chemische samenstelling van de wind meten zonder vervuiling van een benzinemotor.
De metingen geven informatie over verschijnselen in de stratosfeer en daarmee ook over het weer en klimaatveranderingen. En mogelijk kunnen ze ons zelfs helpen het luchtruim op Mars te veroveren.
Golven banen de weg voor record
Jarenlang dachten we dat zweefvliegtuigen tot maximaal 15 kilometer hoogte konden komen, omdat warme lucht daarboven in principe niet meer stijgt.
NASA-testpiloot Einar Enevoldson legde zich daar echter niet bij neer.
Vanaf de jaren 1990 onderzocht hij de zogeheten golfstijgwinden of golven die ontstaan als warmte dicht bij de aarde lucht op berghellingen verwarmt.
Deze golven vormen een zeer krachtige stijgende wind als de polaire straalstroom en de poolwervel versmelten.
Enevoldson kwam erachter dat de golven tot op wel 39 kilometer hoogte kunnen komen – meer dan twee keer zo hoog als eerder gedacht.
In 2006 schreven Enevoldson en de avonturier Steve Fossett geschiedenis: ze verbraken het hoogterecord door aan boord van de Perlan I op maar liefst 15.544 meter boven het Andesgebergte in Argentinië te zweven.