Hoe zuiver je de lucht in een onderzeeër?
Er moet voldoende zuurstof zijn in een onderzeeër waar veel mensen in zitten.

Er is veel voor nodig om de lucht zuiver te houden in een onderzeeër, waar veel mensen opeengepakt zitten.
Mensen hebben zuurstof nodig en ademen water en koolstofdioxide (CO2) uit. Als je lucht met slechts een paar procent CO2 lange tijd inademt, is het giftig; een gehalte boven de 5% kan leiden tot flauwvallen en stikken. Het zuurstofgehalte van de lucht moet dan ook hoog blijven, terwijl het koolstofdioxidegehalte laag moet zijn. Ook moet water afgevoerd worden, want dat is slecht voor de apparatuur. En verder kunnen mensen last krijgen of ziek worden van stof en bacteriën.
Stof en bacteriën krijg je wel weg met luchtfilters, zoals je die ook thuis kunt gebruiken. Water wordt afgevoerd met vochtvreters; die leiden de lucht langs koelelementen, zodat vocht condenseert tot druppels en opgevangen kan worden. En koolstofdioxide in de lucht is af te voeren met zogeheten scrubbers, die CO2 en andere gassen chemisch aan zich binden. Natriumhydroxide absorbeert CO2 bijvoorbeeld heel goed.
Gemiddeld ademen mensen 500 tot 600 liter pure zuurstof per dag in en uit. Zoveel zuurstof kun je met drukflessen meenemen aan boord, maar die hebben het nadeel dat ze zwaar zijn, en groot in verhouding tot hun inhoud aan zuurstof. Containers met chemisch gebonden zuurstof, bijvoorbeeld in de vorm van natriumchloraat – dat bij verhitting zuurstof afgeeft – zijn een lichter en compacter alternatief. Sommige onderzeeërs maken zelf zuurstof via elektrolyse, waarbij zeewater in waterstof en zuurstof wordt gesplitst.