Shutterstock

Zelfrijdende auto moet leren bang te zijn

Om ongelukken te voorkomen moeten zelfrijdende auto’s leren om bang te worden. Door de hartslag van een aantal proefpersonen te registreren, ontdekt de computer welke situaties hij beter uit de weg kan gaan.

Computers met AI (kunstmatige intelligentie) kunnen steeds meer taken voor ons doen, en nog even en ze besturen onze auto.

Het doel is dat ze via zogeheten zelflerende systemen nog beter en veiliger gaan rijden dan wij, en ze zijn al een eind op weg.

Ze volgen de verkeersregels, houden zich aan de juiste snelheid en tasten de omgeving af.

En toch vinden onderzoekers van Microsoft dat de computers een eigenschap missen: ze worden niet bang.

Nu willen de onderzoekers ze ook dit vermogen bijbrengen.

In een test lieten ze een computer een aantal proefpersonen volgen die in een autosimulator reden.

Om hun angst in beeld te krijgen gaven ze hen polsmeters, want de pols geeft aan wanneer we in staat van paraatheid verkeren.

De AI koppelde de gebeurtenissen van de rit aan de angstreactie van de personen, onder andere in situaties waarin het fout ging.

Zelflerende systemen worden vaak gebruikt bij kunstmatige intelligentie – computers die van hun ervaringen leren.

Na afloop mocht de computer die rit rijden, en wat bleek: hij nam zich in acht en reed veel voorzichtiger op plekken waar hij de angst van de proefpersonen had waargenomen.

De computer van een zelfrijdende auto wordt voorzichtiger als hij heeft geleerd in welke verkeerssituaties mensen huiveren.

Wetenschappers reduceren aantal ongelukken

De onderzoekers vergeleken daarna de computer met eenzelfde computer die niet had geleerd wat menselijke angst is, maar die alleen van zijn eigen fouten in het verkeer had geleerd.

Nu bleek dat de computer met de input van menselijke angst stukken sneller een veilige automobilist werd, en hij bereikte hetzelfde niveau als de andere computer met een kwart minder ongelukken.