NurPhoto/Getty Images

Feitencheck: Hoe gevaarlijk is genetisch gemodificeerd voedsel?

FEIT OF FICTIE: Sinds de eerste GMO-voedingsmiddelen op de markt kwamen, zijn veel mensen bang voor de technologie. Sommigen vrezen dat het voedsel met de nieuwe genen gevaarlijk is voor de gezondheid, al is er nog nooit één geval van ziekte gedocumenteerd. Dit is de reactie van de wetenschap op zes van de meest gehoorde beweringen over GMO.

Een dorre plant uit 1888 laat zien dat GMO-genen niet ontsnappen.

© Christophe Délye et al./French National Institute for Agricultural Research

‘Nieuwe genen gaan de natuur in’

GMO-maïs wordt gekweekt op plaatsen waar geen wilde maïs groeit.

Genen in GMO-gewassen kunnen zich verspreiden naar wilde planten, maar de genomen voorzorgsmaatregelen maken dit onwaarschijnlijk. De gewassen worden geplant op plaatsen waar ze wilde verwanten niet kunnen bestuiven.

Zo kunnen genen van GMO-maïs in Europa zich niet in de natuur verspreiden omdat maïs er niet in het wild groeit. Ook worden GMO-organismen afhankelijk gemaakt van stoffen die niet in de natuur voorkomen.

Ooit leek het erop dat een gen dat wilde planten bestendig maakt voor onkruidverdelgers, uit GMO-gewassen voortkwam, maar later werd het aangetroffen in een gedroogde grasplant uit 1888, dus het komt van nature voor.

De wetenschap zegt:

Onwaarschijnlijk

In plaats van te worden bespoten weren planten zelf ongedierte.

© Shutterstock

‘GMO-planten vereisen meer onkruidbestrijding’

De gewassen van de toekomst bestrijden zelf het onkruid.

Sommige GMO-gewassen zijn minder gevoelig voor gif, zodat de boer meer gif kan spuiten om onkruid of ongedierte te weren.

Maar dat werkt uiteindelijk niet goed, want onkruid en ongedierte worden resistent voor vergif als ze op grote schaal worden bespoten.

Daarom gaan deze planten eruit, en nieuwe GMO-gewassen die zelf onkruid en ongedierte kunnen weren hebben de toekomst. Omdat de boer geld bespaart als hij niet hoeft te spuiten, zal deze technologie het gaan winnen.

De wetenschap zegt:

Ja en nee

Deze aubergines op akkers in Bangladesh zijn giftig voor insecten.

© Majority World/Getty Images

‘Bedrijven krijgen patent op planten’

Oude GMO-patenten worden vrijgegeven voor kleinschalige landbouw.

De eerste gengemodificeerde gewassen zijn ontwikkeld door concerns die veel verdienden aan de octrooien. Dankzij nieuwe gentechnologie kunnen kleinere labs nu ook GMO’s ontwikkelen.

Oude patenten, zoals de aubergine Bt brinjal, zijn vrijgegeven aan kleine boerderijen. De plant produceert een gif dat insecten weghoudt. Zo hoeft de boer geen insecticiden te kopen, waar vroeger wel 40 procent van de winst aan opging.

De wetenschap zegt:

Ja en nee

GMO-gewassen komen veel voor in de VS, en er is niet één geval van allergie.

© ROBERT BROOK/SPL

‘Gemodificeerd eten leidt tot allergie’

Gentechnologie kan allergieverwekkende stoffen verwijderen.

Met nieuwe organismen ontstaan vaak allergenen: stoffen die allergische reacties kunnen veroorzaken.

Daarom worden GMO-producten grondiger getest dan gewone gewassen, en in de VS, waar genetische modificatie het meest voorkomt, duurt het gemiddeld 13 jaar om een GMO-voedingsmiddel te ontwikkelen en te laten goedkeuren.

Zolang de producten in de handel zijn, zijn er geen allergieën of andere schadelijke effecten gedocumenteerd. Gentechnologie maakt het juist mogelijk allergenen uit het DNA van een plant te verwijderen, en wetenschappers maken momenteel glutenvrije tarwe.

De wetenschap zegt:

Onjuist

© Shutterstock

‘GMO helpt je darmflora om zeep’

GMO-producten zijn niet te onderscheiden van andere voedingsmiddelen.

Alles wat we eten beïnvloedt de darmflora. Maar zelfs de gevoeligste testmethoden kunnen niet vaststellen of vlees, melk of eieren afkomstig zijn van dieren die gewoon voedsel of genetisch gemodificeerd voedsel hebben gegeten.

GMO-producten zijn dus niet te onderscheiden van gewoon voedsel, dus de kans dat ze iets anders doen met onze darmflora is erg klein.

De wetenschap zegt:

Onwaarschijnlijk

En vill banan (over) og en dyrket banan (under).

© Shutterstock

‘Genmodificatie is nieuw en onbekend’

Mensen veredelen planten en dieren al duizenden jaren.

Het verschil tussen de bananen die we eten en de oervorm is enorm. Net als granen en vee zijn ze het resultaat van duizenden jaren veredeling, waarbij de exemplaren met de gewenste genen zijn doorgekweekt.

Het verschil tussen fokken en genbewerking zit ’m in de precisie en snelheid. Waar de resultaten eerder willekeurig waren en generaties duurden, kunnen onderzoekers nu bepalen wat ze veranderen.

In de natuur vindt genetische modificatie aldoor plaats als soorten genen uitwisselen. Zo hebben de meeste ongewervelde dieren genen van bacteriën in hun DNA.

De wetenschap zegt:

Onjuist