Zeven camera’s volgen de bal
Nooit zal een WK-doelpunt meer onterecht goed- of afgekeurd worden. Camera’s hoog boven het doel hebben altijd een perfect zicht en nemen de juiste beslissing.
1.SCHEIDSRECHTER ZET DOELLIJNTECHNOLOGIE IN
Na een uitgekiende trap belandt de bal op de lat en stuitert hij rond de doellijn op de grond. Alle ogen zijn gericht op de scheidsrechter. Is de bal over de lijn geweest of niet?
2. CAMERA’S VOLGEN DE BEWEGINGEN VAN DE BAL
Zeven hogesnelheidscamera’s die duizenden beeldjes per seconde opnemen, hebben de bewegingen van de bal in het strafschopgebied gevolgd en sturen de gegevens naar een computer.
3. BEWIJS VAN TWEE CAMERA’S VOLSTAAT
Het systeem kan bepalen of de bal over de lijn was als 2 van de 7 camera’s hem ‘gezien’ hebben. Ook als maar een stukje van de bal zichtbaar is, kan de software uitrekenen waar hij is.
4. SCHEIDSRECHTER NEEMT ZIJN BESLISSING
Al een seconde nadat de bal de doellijn trof, krijgt de scheidsrechter een bericht. Zijn horloge trilt, en op het schermpje knippert het woord GOAL.
Videoscheidsrechter helpt een handje
Het systeem video assistant referee (VAR) biedt de scheidsrechter een paar extra ogen om situaties te beoordelen.
Er wordt wel gezegd dat VAR op hinderlijke wijze de vaart uit het spel haalt, en daarom mag de technologie alleen gebruikt worden voor belangrijke beslissingen rond strafschoppen, doelpunten en rode kaarten.
De scheidsrechter is nog steeds de baas en een besluit kan alleen worden teruggedraaid als duidelijk blijkt dat hij ernaast zat.
Scheidsrechter mist opstootje
Het witte team neemt een vrije trap buiten het strafschopgebied. De arbiter kijkt naar het midden van het veld en ziet niet dat er uiterst rechts op het veld gedoe is.
VAR kent strafschop toe
Twee assistenten in een videoruimte zien het voorval. Ze informeren de arbiter, die op een scherm ziet dat de witte speler getackeld wordt door de zwarte. Strafschop!
Gezondheid van de spelers wordt scherp gemonitord
Het EPTS (electronic performance and tracking system) bevat onder meer een hartslagmeter, een versnellingsmeter en een gyroscoop.
Dit systeem, dat de prestaties en gezondheid van individuele spelers monitort, bestaat uit een kleine digitale module in het shirt.
De module communiceert via radio-ontvangers die rond het veld zijn opgesteld. Zo worden alle bewegingen in kaart gebracht.
De EPTS-module kan ook lichaamstemperatuur en hartslag meten. Als de pols van een speler langdurig hoog is of hij overmatig zweet, kan dat erop duiden dat hij de uitputting nabij is.
De gegevens gaan naar een computer, waarmee de trainer en de teamarts kunnen beslissen of de speler gewisseld moet worden.