Hangt het vriespunt van de hoogte af?

Het kookpunt van water is op de Mount Everest veel lager. Geldt dit ook voor het vriespunt van water?

Mount Everest

De dalende druk – en niet de hoogte – zorgt ervoor dat het kookpunt van water daalt vanaf 100 °C op het zeeniveau tot 69 °C op de hoogste toppen van de Mount Everest.

Ook het vriespunt van water varieert met de druk, maar de veranderingen zijn zeer gering onder de omstandigheden die normaal op aarde heersen. Op het zeeniveau en boven op de hoogste berg bevriest water bij circa nul graden.

Het vriespunt van water verandert in feite pas noemenswaardig als de druk circa 100 keer zo hoog of laag is als de druk op het aardoppervlak. Op de Mount Everest is de druk slechts een derde van de druk op het zeeniveau; daarom is het vriespunt van water op de berg vrijwel hetzelfde.

In een fictieve oceaan van 25 kilometer diep zou de hoge druk betekenen dat het water vloeibaar was tot temperaturen van rond de -20 °C. Omgekeerd heeft water onder zeer lage druk geen vloeibare fase, maar gaat het direct over van gas – waterdamp – in ijs. In een bijna-vacuüm, waar vrijwel geen druk heerst, blijft het water gas tot temperaturen van circa -70 °C.

Hoe het water zich gedraagt bij verschillende temperaturen en onder een wisselende druk is overigens af te lezen aan een zogeheten fasediagram.

Druk bepaalt het vriespunt

Niet de hoogte maar de druk bepaalt het vriespunt en het kookpunt van water. In de praktijk moet de druk echter 100 keer zo hoog of laag zijn als bij het zeeoppervlak voordat het vriespunt verandert.