





Magnetisme = elektriciteit
Alles heeft magnetische velden – maar niet alles is magnetisch. De velden ontstaan doordat de elektrisch geladen elektronen van atomen om zichzelf draaien, maar in veel materialen heffen de velden elkaar op, waardoor zo’n stof niet magnetisch is. Magnetisch materiaal kan in een magneet veranderen met behulp van elektriciteit of een krachtig magnetisch veld.
In materialen als kunststof zitten alle elektronen in paren. De deeltjes hebben elk een magnetisch veld, maar die heffen elkaar op, dus de atomen zijn hier niet magnetisch.
In ijzer hebben vier elektronen geen partner die hun magnetisch veld beïnvloedt. Die elektronen werken als staafmagneten, die ijzer magnetisch maken, waardoor het reageert als er een magneet in de buurt is.
In een gewoon stuk ijzer liggen de magneetvelden van de atomen kriskras door elkaar en wijzen ze alle kanten op. Maar een krachtige magneet trekt alle magneetvelden dezelfde kant op. Zo ontstaan er een noordpool en een zuidpool en wordt het ijzer een magneet zolang het wordt beïnvloed door het krachtige magnetische veld.
Een ijzeren staaf wordt een elektromagneet door er metaaldraad omheen te wikkelen en daar gelijkstroom door te sturen. De stroom schept een magnetisch veld, dat de magneetvelden van de atomen één richting geeft en twee polen vormt.
De noordpool van de ene magneet trekt de zuidpool van de andere aan. Omgekeerd zullen twee dezelfde polen elkaar afstoten.