Waarom lopen krabben zijwaarts?

De meeste dieren bewegen voorwaarts, in dezelfde richting als hun kop. Waarom is dit niet het geval bij krabben?

Met zijn lange poten kan de krab Ocypode ceratophthalmus zijwaarts over het strand lopen met wel 14 km/h.

© Shutterstock

De meeste krabben hebben een plat lijf, waardoor ze zich snel in het zand kunnen ingraven. Zo kunnen ze vijanden ontwijken, maar het gaat ten koste van de bewegingsvrijheid van hun gewrichten bovenaan de poten, die lijken op onze heupen.

Als krabben lopen, gebruiken ze daarom een scharniergewricht zoals onze knieën. Het scharnier kan maar in twee richtingen bewegen en omdat de acht poten van de krab naar opzij uitsteken, loopt hij zijwaarts. En daardoor zitten de lange poten van de krab elkaar niet in de weg.

Loopje heeft de staart gekost

Met de zijwaartse beweging is de krab snel, zowel in het water als op het strand, waar hij grote gebieden afzoekt.

Zijn loopje is efficiënter dan dat van voorwaarts bewegende kreeftachtigen, zoals garnalen en kreeften. Die hebben echter een lange staart en als ze een vijand tegenkomen, kunnen ze met enkele krachtige klappen daarvan achteruit bewegen.

Bij de krab zou een sterke staart de zijwaartse beweging in de weg zitten, dus hij heeft niet meer dan een flapje dat onder het lijf is weggestopt.

Het ontwerp van de krab is ten minste vijf keer ontstaan gedurende 200 miljoen jaar evolutie, en er leven nu meer dan 4500 soorten krabben in zeeën, meren en op het land over de hele wereld.