De seizoenen worden niet bepaald door de afstand van de aarde tot de zon
De seizoenen wisselen doordat de aarde zich telkens op een andere positie ten opzichte van de zon bevindt.
Je zou denken dat het het warmst wordt als de aarde in zijn ellipsvormige baan het dichtst bij de zon komt. Maar dat is niet zo.
De afstand tussen de twee hemellichamen varieert in de loop van onze eenjarige baan om de zon namelijk zo weinig, dat die hoegenaamd geen invloed heeft op de temperatuur op aarde.
Waarom hebben we jaargetijden?
De oorzaak voor de wisseling van de seizoenen is de schuine stand van de aarde.
De aarde draait niet alleen om de zon, maar ook om zijn eigen as, die circa 23,5 graden helt ten opzichte van de zon.
Door die schuine stand zijn het noordelijk en zuidelijk halfrond tijdens een omwenteling rond de zon beurtelings naar de zon gericht. Dat ervaren we als seizoenen.
Als de aarde zich in dat deel van zijn baan bevindt waarin het noordelijk halfrond naar de zon is gekeerd, krijgen wij in de loop van een etmaal meer zon.
Die extra zonne-energie verwarmt de aarde en de lucht, en het wordt lente en zomer.
Een half jaar later staat de aarde aan de andere kant van de zon. Het zuidelijk halfrond is nu naar de zon gericht en het noordelijk halfrond ligt in de schaduw.
Daardoor is het in bijvoorbeeld Australië en Zuid-Amerika voorjaar en zomer als het bij ons herfst en winter is.
In de video hieronder wordt uitgelegd hoe de helling van de aarde en de baan om de zon ervoor zorgen dat er verschillende jaargetijden zijn.
VIDEO: Krijg inzicht in de invloed van de zon op de seizoenen
Seizoenen dicteren de levenscyclus van dieren en planten
Als de aardas niet schuin stond, zouden we het hele jaar door evenveel zon krijgen.
Dat betekent dat de zon op een bepaalde plek het hele jaar op hetzelfde tijdstip opkomt en ondergaat. Het weer zou niet veranderen en het zou op onze breedtegraden het hele jaar aanvoelen als lente.
Onder die omstandigheden zou het leven op aarde heel anders zijn dan nu. De levenscyclus van veel dieren en planten is namelijk afhankelijk van de wisseling van de seizoenen.
Waar op aarde zijn er geen jaargetijden?
De wisselende jaargetijden zoals we die in Europa kennen, zijn niet overal ter wereld hetzelfde.
Ten noorden van de poolcirkel is de zon gedurende een deel van de zomer 24 uur per dag op, terwijl hij zich een deel van de winter niet laat zien.
Zo is het ook ten zuiden van de zuidelijke poolcirkel. Op beide plaatsen is het het hele jaar door vrij koud doordat de zon nooit hoog aan de hemel staat.

De aarde wordt ingedeeld in verschillende klimaatzones, die invloed hebben op de jaargetijden. Blauwe gebieden: poolklimaat. Donkergroen gebied: gematigd klimaat. Lichtgroen gebied: subtropisch klimaat. Geel en bruin gebied: tropisch klimaat.
Dicht bij de evenaar, in tropische en subtropische gebieden, staat de zon rond het middaguur altijd hoog aan de hemel, ook in de winter.
Daarom is er hier zo weinig variatie in de zonnestraling en temperatuur dat het nooit echt koud wordt. In deze gebieden worden twee hoofdseizoenen onderscheiden: de regentijd en de droge tijd.
In sommige gebieden regent het het hele jaar door en is er überhaupt geen sprake van jaargetijden.
De equinox en de jaargetijden
- Astronomisch gezien bepalen de zonnewendes en equinoxen de jaargetijden.
- Het voorjaar loopt van de lente-equinox tot de zomerzonnewende, de zomer van de zomerzonnewende tot de herfstequinox, het najaar van de herfstequinox tot de winterzonnewende en de winter van de winterzonnewende tot de lente-equinox.
- De astronomische definitie van de jaargetijden komt echter niet altijd overeen met de klimatologische omstandigheden op een bepaalde plaats.
Seizoenen op andere planeten
Niet alleen op aarde komen seizoenen voor.
Diverse andere planeten in het zonnestelsel kennen ook wisselende seizoenen, en hieronder kun je lezen hoe die elkaar opvolgen.
- Mercurius: Mercurius heeft geen seizoenen, omdat zijn rotatieas vrijwel recht staat.
- Mars: De rode planeet heeft seizoenen, omdat zijn rotatieas scheef staat. De seizoenen zijn op het noordelijk en zuidelijk halfrond echter niet even lang. Dat komt doordat de baan van Mars om de zon meer langgerekt is dan die van de aarde. Daardoor is de lente op Mars het langste seizoen.
- Venus: Er zijn geen uitgesproken seizoenen op Venus, doordat zijn rotatieas nauwelijks helt.
- Jupiter: Er zijn geen uitgesproken seizoenen op Jupiter, doordat zijn rotatieas maar een klein beetje scheef staat. .
- Saturnus: Saturnus heeft wisselende seizoenen, maar die zijn veel langer dan die op aarde. Een jaar duurt op Saturnus namelijk 29 jaar, en daarom wisselen de seizoenen ongeveer om de zeven jaar.
- Uranus: De rotatieas van de blauwige gasplaneet heeft een hoek van bijna 98 graden, waardoor de polen op verschillende tijdstippen in het jaar pal naar de zon zijn gericht. Dat betekent dat Uranus seizoenen heeft. Doordat de planeet 84 jaar doet over een rondje om de zon, duren de seizoenen wel 21 jaar.
- Neptunus: De rotatieas van Neptunus helt 28 graden, en daardoor kent de planeet seizoenen. Net als op Uranus en Saturnus duren ze erg lang. Uranus draait in 165 jaar om de zon, waardoor de seizoenen er meer dan 40 jaar duren.