Wat is een aardverschuiving?
Aardverschuivingen komen overal voor, waardoor dit geologische verschijnsel een van de meest voorkomende natuurrampen op aarde is.
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) schat dat aardverschuivingen tussen 1998 en 2017 wereldwijd 4,8 miljoen mensen hebben getroffen en 18.000 doden hebben veroorzaakt.
Aardverschuivingen ontstaan als grote hoeveelheden grond, rotsen en stenen door natuurverschijnselen of menselijke activiteiten loskomen en van een helling of berg naar beneden rollen.
De International Disaster Database schat dat aardverschuivingen van 1990 tot 2015 wel 4,9 procent van alle natuurrampen wereldwijd uitmaakten en 1,3 procent van alle doden door natuurrampen veroorzaakten.
Onderzoekers wijzen er echter op dat het aantal dodelijke aardverschuivingen wereldwijd 1400 keer zo hoog kan liggen. Aangezien aardverschuivingen soms optreden in de nasleep van grote natuurrampen als vulkaanuitbarstingen en aardbevingen, worden ze in de statistieken vaak niet apart geregistreerd.
Klimaatverandering verhoogt risico op aardverschuivingen / Klimaatverandering verhoogt risico
De schrikbarende aantallen zullen in de toekomst alleen maar toenemen dankzij de klimaatverandering.
Met de stijgende temperaturen ontdooit de permafrost en zal het ijs op berghellingen smelten.
Hierdoor worden hellingen instabieler, want de bodemstructuur verzwakt als het ijs ontdooit. Tussen de bodemdeeltjes, zoals klei, zand en steentjes, bevinden zich holten met lucht, en wanneer die vollopen met water, verschuiven de deeltjes en komt de grond in beweging.
Vooral het Noordpoolgebied wordt vaker getroffen door aardverschuivingen naarmate het warmer wordt, waardoor de permafrost ontdooit.
Zo blijkt uit een rapport dat in 2019 verscheen in het tijdschrift Nature dat het aantal aardverschuivingen op een Canadees eiland in het Noordpoolgebied in 30 jaar tijd ruim verdubbeld is.