Greg W. Rouse
promachocrinus fragarius

20-armig zeedier ontdekt bij Antarctica

Op de zeebodem bij Antarctica is een nieuwe soort ontdekt, met 20 armen en kleine klauwtjes aan het uiteinde van zijn tentakels. En hij is vernoemd naar een vrucht.

Ken je die enge facehuggers uit de film Alien uit 1979 nog, die de ruimtereizigers in het gezicht springen en zich eraan vastklampen?

Stel je nu voor dat die wezens 20 armen en tentakels hebben, met kleine klauwtjes aan het uiteinde, en op honderden meters diepte in de oceaan bij Antarctica leven.

Dat is wat een team van Australische en Amerikaanse wetenschappers heeft ontdekt na het bestuderen van verschillende soorten die zijn gevangen tijdens een reeks onderzoeksexpedities tussen 2008 en 2017.

De pas ontdekte soort heet officieel Promachocrinus fragarius, van het Latijnse fragum, wat aardbei betekent, maar kreeg officieus de meer poëtische naam ‘Antarctische aardbeiveerster’.

Lijkt op een aardbei

De soort kreeg zijn naam omdat de onderzoekers vinden dat hij op een aardbei lijkt als de cirri, tentakelachtige snaren, worden verwijderd – wat in het kader van het onderzoek gebeurde.

‘We hebben een aantal cirri verwijderd, waardoor je de delen kunt zien waar ze aan vastzitten. En dat is het deel dat op een aardbei lijkt,’ vertelt Greg Rouse, hoogleraar mariene biologie aan de University of California, San Diego, aan Insider.

Aan het uiteinde van de tentakels zitten klauwtjes, waarmee de Antarctische aardbeiveerster zich vasthoudt aan de zeebodem.

Het dier behoort tot de klasse van de zeelelies of Crinoidea, waartoe ook zeesterren, zee-egels, zeekomkommers en andere veersterren behoren.

Promachocrinus fragarius gepeld

Als je de kleine tentakels van het lichaam verwijdert, lijkt de Antarctische aardbeiveerster op ... nou ja, een aardbei dus.

© Greg W. Rouse

De onderzoekers hebben de Antarctische aardbeiveerster beschreven in het tijdschrift Invertebrate Systematics. Daarin leggen ze uit dat er nog maar één andere Antarctische veerster bekend was: Promachocrinus kerguelensis.

De 20 armen van het nieuwe zeedier kunnen knobbelig of vederachtig zijn en wel 8 centimeter lang worden.

De soorten variëren in kleur van paars tot donkerrood.

De Antarctische aardbeiveerster komt voor van 20 tot 2000 meter onder zeeniveau. De soort werd geclassificeerd op basis van DNA-analyse, waardoor het van andere Promachocrinus-soorten kon worden onderscheiden.

Tijdens de expedities vonden de onderzoekers ook drie andere nieuwe soorten, die lijken op de Antarctische aardbeiveerster en die momenteel worden bestudeerd.