Shutterstock
De weg vinden

Zo veel mensen hebben moeite om de weg te vinden

Heb jij moeite om je te oriënteren in de dagelijkse jungle? Dan lijd je misschien aan een zeldzame stoornis.

Ben jij in de supermarkt weleens je vriend of vriendin kwijtgeraakt en moest je uiteindelijk via de luidspreker een oproep doen omdat je elkaar niet meer terug kon vinden?

Dan ben je niet de enige.

Volgens een onderzoek gepubliceerd in PLOS One onder 1698 Italiaanse mannen en vrouwen tussen 18 en 35 jaar lijdt circa 3 procent in meer of mindere mate aan developmental topographical disorientation (DTD) – ontwikkelingsgerelateerde topografische desoriëntatie.

Mensen met deze stoornis hebben moeite om de weg van A naar B te vinden, wat grote persoonlijke gevolgen kan hebben.

In ernstige gevallen kan iemand zelfs moeite hebben om zich te oriënteren in zijn eigen huis.

Verder heel normaal

Het onderzoek laat zien dat mensen met DTD een normaal geheugen en neuropsychologisch profiel hebben, maar een slecht ruimtelijk inzicht en richtingsgevoel. Ook hebben ze soms moeite met het verschil tussen links en rechts.

Volgens het onderzoek, dat zijn conclusies baseert op antwoorden in vragenlijsten, zijn mannen over het algemeen beter in de weg vinden dan vrouwen. Maar ze zijn ook oververtegenwoordigd bij de mensen die lijden aan developmental topographical disorientation.

De vrouwelijke deelnemers aan het onderzoek waren meer dan de mannen geneigd om herkenningspunten te gebruiken om van A naar B te komen.

Volgens de onderzoekers is het oriëntatievermogen gebaseerd op allerlei verschillende cognitieve processen. Andere factoren die de resultaten van de studie zouden kunnen beïnvloeden, zoals psychische aandoeningen, alcoholisme en leermoeilijkheden, werden eruit gefilterd.