De meta-analyse is gebaseerd op een overzicht van alle eerdere wetenschappelijke studies op dit gebied en omvat gegevens uit de jaren tussen 1942 tot 2021, waarbij studies gebaseerd op zelfgerapporteerde metingen werden uitgesloten.
Gedurende de acht decennia zagen de onderzoekers noch een toename noch een afname van de lengte van de penis in slappe of uitgerekte toestand. Ze zagen echter wel een duidelijke toename van de lengte in erectie, van gemiddeld 12,3 centimeter tot 15,2 centimeter.
Een toename van 24 procent, die blijkbaar in de afgelopen 29 jaar plaatsvond, wat de onderzoekers zelf omschrijven als een grote ontwikkeling in een relatief korte periode.
Tegenovergestelde conclusie
De onderzoekers wilden eigenlijk de wereldwijde penislengte onderzoeken omdat ze de laatste jaren meer veranderingen zagen in de reproductieve gezondheid van mannen, bijvoorbeeld met betrekking tot de spermakwaliteit.
Daarom wilden ze weten of die factoren ook de lengte van de penis kunnen beïnvloeden.
‘Gezien de trends bij andere metingen van de reproductieve gezondheid van mannen, dachten we dat er door dezelfde milieufactoren een afname van de penislengte te zien zou kunnen zijn,’ zegt Michael Eisenberg, hoogleraar urologie aan Stanford in een persbericht.
Maar niets bleek minder waar. Eisenberg denkt echter nog steeds dat de verklaring voor deze ontwikkeling wel zorgbarend kan zijn.
‘Er zou een aantal factoren bij betrokken kunnen zijn, zoals blootstelling aan chemische pesticiden of hygiëneproducten die invoed hebben op de hormoonhuishouding. Hormoonverstorende chemicaliën – en dat zijn er veel – komen voor in het milieu en onze voeding,’ legt hij uit.
Het team achter de analyse schrijft dat andere factoren, zoals de meettechniek, de temperatuur en de staat van opwinding van de deelnemers, de resultaten kunnen beïnvloeden. Toch denken ze dat de analyse moet leiden tot systematische metingen en studies, omdat het mogelijk een vroege indicator kan zijn voor veranderingen in de ontwikkeling.
‘Als we dit soort snelle veranderingen zien, betekent het dat er iets heftigs gebeurt met ons lichaam. We moeten proberen deze bevindingen te bevestigen, en als ze bevestigd worden, moeten we de oorzaak ervan vaststellen,’ aldus Eisenberg.