Zijn studie, gepubliceerd in het collegiaal getoetste tijdschrift Jerusalem Journal of Archaeology, heeft echter wel wat stof doen opwaaien – meerdere experts uiten kritiek.
Zij vinden dat Garfinkel niet voldoende bewijs levert voor zijn theorie op basis van de analyse van vijf versterkte nederzettingen rond Jeruzalem.
Volgens archeologen dateren de plaatsjes uit het begin van de 10e eeuw v.Chr. – wat de stichting van de nederzettingen ongeveer 200 jaar eerder in de tijd plaatst dan tot nu toe werd gedaan.
Als Garfinkel gelijk heeft, lijkt het erop dat de nederzettingen deel uitmaakten van het koninkrijk Juda (Judea) en dat ze werden gebouwd in de tijd dat koning David over Israël zou hebben geregeerd.
Met andere woorden, hij moet een aanzienlijk rijk hebben bestuurd – iets dat veel geleerden in twijfel hebben getrokken, omdat er weinig bewijs is van daadwerkelijke nederzettingen tijdens de heerschappij van koning David.
Garfinkel baseert zijn theorie vooral op de gelijkenis tussen de bouwwerken in de nederzettingen, wat suggereert dat ze deel uitmaakten van een verenigd netwerk.
De steden zijn ook verbonden door georganiseerde wegen – volgens hem nog een aanwijzing dat ze tot hetzelfde rijk behoorden.
Veroorzaakte ophef
Zijn bevindingen zijn opmerkelijk omdat we historisch gezien bijna niets over David weten – behalve wat er in de Bijbel staat.
Daarom voeren geleerden een hevige discussie over de vraag of de Bijbelse verslagen wel kloppen.
In de Bijbel wordt koning David beschreven als een jonge herder die beroemd wordt nadat hij de reus Goliath heeft verslagen.
Hij werd koning over de stam Juda en later over het hele koninkrijk Israël.
Een ‘oversimplificatie’
Het onderzoek van Garfinkel bevestigt de Bijbelse interpretatie van koning David als een machtig heerser van een enorm rijk.
Maar volgens vakgenoten is zijn theorie te simplistisch.
‘Ik denk dat het een oversimplificatie is en dat hij de details afvlakt,’ stelt hoogleraar Aren Maeir, archeoloog aan de Bar-Ilan Universiteit in Israël, in The Times of Israel.
‘Er zijn veel details waar ik het niet mee eens ben en er zijn problematische generalisaties over een lange periode.’