Seriemoordenaars hebben fouten in hersenen
Wetenschappers hebben met behulp van hersenscans en onderzoeken een aantal interne factoren ontdekt die seriemoordenaars gemeenschappelijk hebben.

Een afwijkende constructie van de hersenen, abnormale hersenactiviteit en extra chromosomen zijn drie factoren waar rechercheurs en artsen extra op kunnen letten als ze in de toekomst op zoek zijn naar een seriemoordenaar.
Volgens Kent Kiehl, hoogleraar neurowetenschap, is het brein van een seriemoordenaar abnormaal. En 50% van deze afwijkingen is op het conto van de genen te schrijven.
1. Kleinere hersengebieden
Professor Kent Kiehl heeft meer dan 4000 Amerikaanse misdadigers geïnterviewd en hun hersenen gescand, en hij stelt vast dat psychopaten minder zogeheten grijze stof in hun hersenen hebben dan anderen.
Grijze stof is een belangrijk onderdeel van het centraal zenuwstelsel, dat onder meer uit zenuwcellen, bloedvaten en synapsen bestaat.
Kiehl zag aan de hand van de hersenscans ook dat psychopaten een kleinere amygdala hebben dan gezonde mensen. De amygdala wordt ook wel amandelkern genoemd en is een gebied in de temporale kwab van de hersenen. Vrees en verdediging zetelen hier.
2. Fout in de chromosomen
Een andere wetenschapper die seriemoordenaars onder de loep heeft genomen, is de forensisch psychiater Helen Morrison.
Volgens haar hebben moordenaars in veel gevallen een extra chromosoom.
Zo heeft de Amerikaanse seriemoordenaar Bobbie Joe Long, die op de doodstraf wacht voor de moord op zeker 10 vrouwen, een X-chromosoom te veel.