Shuttersotck
Vrouw met jas

Professor: Daarom zijn sommige mensen koukleumen

Zijn er echt mensen die het kouder hebben dan anderen? En waarom? Lees hier de antwoorden van een expert.

Trek jij wollen sokken en dikke truien aan zodra de herfst in aantocht is? En heb je het vaak als eerste koud in het grote kantoor op je werk?

Dat is niet zo gek. Naar schatting is 10 procent van de bevolking een echte koukleum, al zijn de exacte cijfers niet bekend.

James Mercer, emeritus hoogleraar aan de Cardiovascular research Group under The Arctic University of Norway, legt dit uit.

Hij heeft de afgelopen 50 jaar de bloedsomloop en temperatuurregeling van het lichaam bestudeerd – eerst bij dieren en later bij mensen. Daarbij heeft hij talloze voorbeelden gezien van mensen die het kouder hebben dan andere, vooral aan hun handen en voeten.

‘We kennen het allemaal als je iemand een hand geeft: sommige mensen hebben koudere handen dan andere. Niet omdat ze ziek zijn, maar we vermoeden dat de oorzaak genetisch is, want we zien vaak meerdere koukleumen in een familie,’ zegt hij.

In zijn onderzoek gebruikte James Mercer onder meer warmtecamera’s om de huidtemperatuur te volgen. De temperatuur is geheel afhankelijk van de bloedtoevoer, die zich kan openen of afsluiten.

© James Mercer

Een efficiënt transportsysteem

James Mercer legt uit dat de aderen in ons lichaam fungeren als een efficiënt transportsysteem. Dit regelt onze lichaamstemperatuur door meer of minder warm bloed naar de huid te geleiden.

Als het koud is en het lichaam wil voorkomen dat het meer warmte verliest, sluit het de buitenste aderen meer af – vooral in de handen en voeten. Maar als het warm is, gaan de aderen openstaan, waardoor het warme bloed naar de oppervlakte kan stromen en het lichaam kan verlaten.

Koukleumen hebben precies hetzelfde systeem om de lichaamstemperatuur te regelen. Maar hun aderen aan de buitenrand van het lichaam sluiten zich sneller als de luchttemperatuur om hen heen daalt – waarom weten we niet.

Wolvezel onder een elektronenmicroscoop

De vezelstructuur – hier zien we wol – zorgt voor luchtruimte in het textiel en werkt isolerend.

© CSIRO

Geen enkel textiel regelt je temperatuur perfect

Ook onder soldaten zijn er koukleumen

James Mercer heeft in de loop der jaren talloze onderzoeken gedaan naar ons vermogen om de lichaamstemperatuur te regelen.

Een ervan publiceerde hij in 2018, waarbij hij en collega’s 255 rekruten in het Noorse leger volgden tijdens de eerste dagen van hun militaire dienst.

Op de foto zie je handen van soldaten in het Noorse leger na de koudetest in een bak water. De onderzoekers maakten foto’s van de handen met warmtecamera’s. De foto’s van T1 zijn gemaakt vóór de koudetest, van T2 net daarna. Het interval tussen de resterende foto’s is één minuut. Ongeveer 10 procent van de deelnemers (onderste rij) waren wat professor James Mercer koukleumen noemt.

© Arne Johan Norheim, Einar Borud, Tom Wilsgaard, Louis De Weerd & James B. Mercer

De deelnemers werd gevraagd een klassieke koudetest uit te voeren, waarbij ze een hand in een zeer dunne plastic zak stopten en die een minuut in een bad met water van 20 graden dompelden.

Vervolgens volgden de onderzoekers de hand zes minuten lang met een infraroodcamera. Ongeveer 10 procent van de deelnemers bleek het kouder te hebben voordat ze hun hand in het bad stopten, en het was na afloop veel lastiger om weer warmte in hun hand te krijgen.

Na vier minuten had ongeveer 70 procent van de soldaten de warmte terug, maar voor 20 procent was dat slechts gedeeltelijk. De overige 10 procent van de deelnemers had vier minuten na de test nog even koude handen. Volgens James Mercer waren zij ook degenen die zeiden dat ze het vaak koud hadden – de klassieke koukleumen.