In de studie, gepubliceerd in het tijdschrift Neurology, wordt beschreven hoe het meisje vóór de operatie motorische problemen en een vergroot hoofd had.
CT-scans van haar hoofd lieten zien dat haar hersenen waren samengedrukt en dat er een vochtophoping was, veroorzaakt door een aanzienlijke groei in de holten van de hersenen – de zogeheten ventrikels.
Er zijn weinig details bekend over de operatie en de huidige toestand van het meisje. Maar artsen zeggen dat er tijdens de operatie een zeldzaam geval aan het licht is gebracht van wat wetenschappers in het Latijn fetus in fetu noemen, ofwel ‘foetus in foetus.’
De beelden van de operatietafel laten ook zien dat de ongeboren tweeling vingerachtige uitsteeksels en bovenste ledematen had, maar verder extreem onderontwikkeld is gebleven.
Geschat wordt dat het verschijnsel slechts in één op de 500.000 geboorten voorkomt, en de precieze oorzaak weten we niet. De parasitaire tweeling nestelt zich meestal in de buik van de gastheer, achter het buikvlies, en deze casus in de hersenen is dus extra zeldzaam.
We kennen nog wel enkele andere voorbeelden. Zo publiceerden artsen van het London Hospital in 1982 een studie over hoe ze een 14 centimeter grote foetus verwijderden uit de hersenen van een zes weken oud jongetje dat ook een vergroot hoofd had.
In de casus in Londen beschrijven de artsen hoe de parasitaire tweeling tegen die tijd ook al een hoofd, lichaam en ledematen had ontwikkeld. Ze vermelden ook dat het jongetje slechts 18 maanden na de operatie uitstekend aan het herstellen was.