Het grootste deel van de wereldbevolking verdraagt geen melk meer na het babystadium. Het probleem zit ’m in het lactosegehalte in melk.
Lactose is een klein en energierijk suikermolecuul, dat niet door de darmen wordt opgenomen.
Om de energie eruit te halen moet lactose tot onder meer glucose worden afgebroken door het enzym lactase. Gebeurt dat niet, dan vormt lactose alleen maar een belasting voor de darmen, met diarree en uiteindelijk ondervoeding tot gevolg.

Van de wereldbevolking kan slechts een derde melk verdragen. Dankzij een genetische mutatie kunnen Noord-Europeanen het best tegen de witte drank.
Noord-Europeanen kunnen beter tegen melk
Bijna alle mensen hebben het gen dat lactase vormt, maar normaal wordt dit gen inactief zodra een baby geen moedermelk meer drinkt.
Bij ongeveer een derde van de wereldbevolking, vooral uit Noord-Europa, blijft het lactasegen echter een leven lang actief, dankzij een genetische mutatie.