






De röntgenfoto die Wilhelm Röntgen in 1896 maakte van de hand – en trouwring – van zijn vrouw, kostte 90 minuten. Nu gaat dat in enkele seconden. En met CT-scanners die doorsneefoto’s maken zijn slagaders en schedel beter te zien.
Luchtshow - De inwendige longen komen tot leven met een CT-scan.
Gedetailleerde CT-scan van gezonde longen. Een draaiende röntgenbuis maakt dunne doorsneefoto’s van de longen. Een computer interpreteert de gegevens van de scan en zet ze om in 3D-beelden.
Lichtshow - Röntgen laat de botten oplichten.
Röntgenstralen die het menselijk lichaam treffen, worden door vet, botten, spieren en andere weefsels in verschillende mate geabsorbeerd. Het kalk in de botten neemt de stralen het beste op, en daardoor zijn de botten licht op röntgenfoto’s.
Hippiehersenen - Lichtgevende watermoleculen brengen het zenuwstelsel in kaart.
Tractografie zet een magnetische meting van de beweging van watermoleculen in het weefsel om in kleurige foto’s. De kleuren geven aan hoe zenuwvezels bewegen – blauw is op en neer, groen is vooruit en achteruit en rood is overdwars.
Handdruk - Licht- en geluidsscan brengt de architectuur van de bloedvaten in beeld.
De foto links is een ruwe scan van alle bloedvaten in de hand, gemaakt met licht- en geluidsgolven. Op de foto rechts geven de kleuren de dikte van de bloedvaten aan. Zo’n fotoakoestisch tomogram kan onder meer aderverkalking sneller opsporen.
Hartslag - MRI-scanner legt gevaarlijke hartziekten vast.
Een MRI-scan, die werkt met magnetisme en radiogolven, laat de toevoer naar het hart (blauw en groen) en de afvoer uit het hart (rood en geel) van bloed zien. Hoe lichter de kleur, des te sneller het bloed stroomt. Hartziekten zijn daarmee veel eerder op te sporen.
Gloeilamp - Radioactieve tracers geven de activiteit van de hersenen aan.
De hersenen lichten op PET-scans op door een radioactieve tracer die in het bloed wordt gespoten. Rood en geel duiden op een hoge activiteit, blauw en groen op een lage. Door ziekte aangetaste gebieden lichten feller op dan normaal.