Zijn gezicht is misvormd. Diepe littekens lopen over zijn glanzende, verbrande huid. Als hij glimlacht, worden onder zijn kromme neus zijn scheve, gele tanden ontbloot.
Zijn naam is Freddy Krueger en hij staat centraal in de horrorfilm A Nightmare on Elm Street.
Eén blik op hem en je hersenen twijfelen er niet aan: dit is geen fijne jongen. Ze hebben hem alleen op zijn uiterlijk beoordeeld.

De producenten van de film ‘A Nightmare on Elm Street’ uit 1984 hebben het je hersenen makkelijk gemaakt door de slechterik Freddy Krueger lelijk te maken.
Het brein scheert fysieke en mentale schoonheid over één kam en behandelt ze in hetzelfde hersencentrum: als de buitenkant lelijk is, moet de binnenkant dat ook zijn.
En dat geldt niet alleen voor personages op het witte doek. Je hersenen doen dit elke dag met de mensen om je heen: mooie mensen beschouw je als intelligent en getalenteerd en lelijke als onbetrouwbaar.
Nu willen onderzoekers weten of de evolutie er iets mee te maken heeft dat we een afkeer hebben van wat lelijk is.
Daartoe ging een groep Amerikaanse onderzoekers op zoek naar de formule voor het perfecte gezicht, en hun collega’s in Australië ontdekten welk signaal een lelijk gezicht naar de buitenwereld stuurt.
Schoonheid is objectief
Schoonheid is een breed begrip. Een mens kan mooi zijn. Maar een bloem ook, of een muziekstuk, en zelfs een persoonlijkheid.
Wat hebben zij met elkaar gemeen? Onderzoekers in neuro-esthetiek Tomohiro Ishizu en Semir Zeki vonden in elk geval één antwoord op die vraag: schoonheid activeert altijd hetzelfde hersencentrum.
De onderzoekers scanden de hersenen van 21 proefpersonen die een reeks foto’s bekeken en naar muziekstukken luisterden. Daaruit bleek dat zowel mooie plaatjes als mooie muziek een hersengebied activeren dat de mediale orbitofrontale cortex wordt genoemd. En hoe mooier de indruk, hoe groter de activiteit.
Evenzo hebben Chinese onderzoekers ontdekt dat lelijkheid ook een plek heeft in de hersenen, waar van alles – van lelijke gezichten tot een slechte moraal – wordt behandeld.







Schoonheid en lelijkheid strijden in de hersenen
Een mooi gezicht met een lelijke persoonlijkheid. Je brein heeft het moeilijk als schoonheid en lelijkheid samengaan, en hersenscans laten zien hoe dat zit.
1. Lelijkheid zit diep in de hersenen
De insula, een hersencentrum diep in de hersenen, verwerkt onder meer stank en de aanblik van verminking, slechte hygiëne en vervuiling.
Het centrum wordt ook geactiveerd als je iemand ziet met zowel lelijke gelaatstrekken als een nare persoonlijkheid.
2. Schoonheid is oppervlakkig
Zowel fysieke als morele schoonheid activeert de mediale orbitofrontale cortex en de middelste gyrus occipitalis, die beide op het oppervlak van de hersenen zitten.
De activiteit in de twee hersencentra is het hoogst als je iemand ziet die zowel een mooi gezicht als een mooie persoonlijkheid heeft.
3. Tegenstellingen wringen in de hersenschors
De mediale prefrontale cortex vóór in de hersenschors is betrokken bij hogere hersenfuncties als probleemoplossing en besluitvorming.
Het gebied maakt overuren als je iemand ziet met lelijke gelaatstrekken maar een mooie persoonlijkheid, of omgekeerd.
Schoonheid zit ’m echter niet alleen in patronen van hersenactiviteit, maar bevindt zich ook buiten ons hoofd, in de fundamentele substantie van het heelal, denkt kwantumfysicus en wetenschapstheoreticus David Deutsch van de Britse universiteit van Oxford.
Volgens hem bestaat schoonheid los van onze subjectieve gedachten. Het is een even objectief onderdeel van het heelal als de wetten van de natuurkunde en wiskunde.
Deutsch gebruikt bloemen als voorbeeld. De evolutie zit zo in elkaar dat die insecten aantrekken en dat insecten erdoor worden aangetrokken. Darwins theorie van natuurlijke selectie kan het samenspel van bloemen en insecten wel verklaren, maar niet waarom mensen zich ook aangetrokken voelen tot bloemen.
De verklaring is volgens Deutsch dat bloemen objectief mooi zijn, wie er ook naar kijkt, en dat geldt ook voor veel andere mooie dingen.
De theorie is opzienbarend, maar experimenten duiden erop dat er een kern van waarheid in zit. Ze laten zien dat alle mensen het fundamenteel eens zijn over wat mooi is.
Wetenschappers vinden een perfect gezicht
Over het algemeen hebben we allemaal dezelfde smaak wat schoonheid betreft, en niet alleen omdat we worden beïnvloed door eenzelfde cultuur. Uit onderzoek blijkt dat die smaak er vanaf de geboorte al is.
Zo toonde een Amerikaans experiment onder leiding van ontwikkelingspsycholoog Judith Langlois aan dat kinderen vanaf twee maanden de mening van volwassenen delen over welke gezichten mooi en lelijk zijn. In het experiment keken de kinderen veel langer naar de mooie gezichten dan naar de lelijke.

Bepaalde gezichtskenmerken worden als erg mooi gezien. Op basis van die kennis ontwikkelden Israëlische onderzoekers een programma dat gezichten op foto’s mooier maakt.
Onderzoekers wereldwijd gingen daarom op zoek naar de kenmerken van een gezicht dat alle mensen mooi lijken te vinden.
En die vonden ze. Een van de belangrijkste kenmerken is symmetrie. Over het algemeen vinden we gezichten aantrekkelijk waarvan de rechter- en linkerkant hetzelfde zijn. Maar niet altijd.
Een perfect symmetrisch gezicht kan ook lelijk zijn. En een experiment met volwassenen en baby’s van 4-15 maanden toont aan dat we deze uitzonderingen op de regel kunnen herkennen, ongeacht hoe oud we zijn.
De verklaring is waarschijnlijk dat ook de verhoudingen van het gezicht een rol spelen.
Een team van de universiteit van Californië in de VS vroeg proefpersonen om een reeks computergemanipuleerde vrouwengezichten met verschillende proporties te beoordelen. Bij het aantrekkelijkste gezicht bedroeg de afstand van het midden van het oog tot de mond circa 36 procent van de hoogte van het gezicht, en de afstand tussen het midden van beide ogen circa 46 procent van de breedte van het gezicht.
Volgens de onderzoekers kan dit ook verklaren waarom een nieuw kapsel een gezicht mooier kan maken. Je haardracht beïnvloedt het idee van de hoogte of lengte van het gezicht en dus de verhoudingen.
Lelijk wijkt af van de norm
We voelen ons aangetrokken tot symmetrische gezichten met zeer specifieke verhoudingen, en het team van de universiteit van Californië denkt te weten waarom.
De ideale afstanden die de onderzoekers vonden tussen ogen en mond en tussen de ogen onderling komen bijna exact overeen met de gemiddelde afstanden van 40 gezichten.
De gelaatstrekken die we het mooist vinden, liggen dus het dichtst bij het gemiddelde.
Gemiddeldheid is de sleutel tot het begrijpen van onze voorkeuren voor gezichten.
Die conclusie wordt onderbouwd door een experiment van Judith Langlois. Op de computer voegde ze een groot aantal gezichten samen tot een doorsnee gezicht. Zo’n gezicht werd door de proefpersonen als erg aantrekkelijk beschouwd.
Volgens sommige onderzoekers is gemiddeldheid de sleutel tot het begrijpen van onze voorkeuren voor gezichten. Een grote afwijking kan een teken zijn van schadelijke mutaties of een slechte gezondheid, en daarom zou de evolutie ons ertoe hebben aangezet de voorkeur te geven aan het gemiddelde.
Hun argument wordt ondersteund door studies die erop duiden dat ondervoeding of ziekte vroeg in het leven de ontwikkeling van het gezicht kan beïnvloeden, waardoor het bijvoorbeeld niet symmetrisch wordt.
Een lelijk gezicht kan dus een teken zijn van slechte genen. En dat verband is er bij ons ingehamerd, al zijn we ons er niet van bewust.
Weerzin beschermt tegen ziekte
Hersenscans tonen aan dat de mediale orbitofrontale cortex wordt geactiveerd als we iets moois zien, en eerder is aangetoond dat dit gebied een belangrijk onderdeel is van het genots- en beloningssysteem van de hersenen.
Een mooi gezicht wekt dus een gevoel van genot in de hersenen op.
En lelijkheid geeft ons een heel ander gevoel.
In een experiment uit 2020 lieten Australische onderzoekers proefpersonen een serie foto’s zien van mensen, dieren en gebouwen. De beelden die als lelijk werden beoordeeld, wekten een gevoel van afkeer bij de deelnemers op.
De onderzoekers voegden verder aan neutrale foto’s elementen toe die op ziekte duidden. Ook deze foto’s werden als lelijk beoordeeld en wekten afkeer op.
Volgens Australische onderzoekers beschermt onze afkeer van lelijkheid ons dus tegen ziekte. We associëren lelijkheid met ziekte en vermijden lelijke mensen en dieren om onszelf te beschermen.
De discriminatie van lelijke gezichten door onze hersenen kan grote gevolgen hebben. Zo tonen experimenten aan dat lelijke mensen het vertrouwen van kinderen moeilijker kunnen winnen dan mooie mensen.
Uit studies blijkt ook dat mooie mensen meer betaald krijgen dan lelijke en worden gezien als intelligenter, getalenteerder en betrouwbaarder.
De macht is aan de media
Films, tv en reclame krijgen vaak de schuld van het creëren van onrealistische schoonheidsidealen, waardoor veel mensen hun eigen uiterlijk onderwaarderen.
Maar als veel schoonheidsidealen in de hersenen zijn gecodeerd en vanaf de geboorte diep in ons liggen, is de rol van de media ineens niet zo helder meer.
Meerdere onderzoeken duiden erop dat de media ons gevoel van eigenwaarde wel degelijk kunnen beïnvloeden, maar dat geldt niet voor iedereen in gelijke mate.
Uit een Amerikaans onderzoek bleek dat meisjes van 8-11 jaar veel meer door de media worden beïnvloed dan jongens van die leeftijd, en dat dit vaak leidde tot ontevredenheid over hun eigen lichaam.
Als je dénkt dat de media een grote invloed hebben op hoe je naar je eigen lichaam kijkt, dan hebben ze dat ook.
Een ander Amerikaans onderzoek vergeleek een groep heteroseksuele mannen met een groep homoseksuele mannen. Beide groepen hechtten evenveel belang aan het uiterlijk, maar de homo’s waren over het algemeen ontevredener over hun lichaam.
De verklaring lijkt te zijn dat de homoseksuele mannen de media meer invloed toedichtten dan de heteroseksuele, al keken beide groepen evenveel film en tv.
Als je dénkt dat de media een grote invloed hebben op hoe je naar je eigen lichaam kijkt, dan hebben ze dat dus ook.
Ontevredenheid over het eigen lichaam kan tot extremen leiden, zoals bij mensen die lijden aan dysmorfofobie of lichaamsdysmorfe stoornis. Dit is een psychische stoornis die ervoor zorgt dat iemand zich zozeer op details van zijn uiterlijk concentreert dat het zelfrespect ernstig wordt aangetast.

Verschillende psychologen denken dat de zanger Michael Jackson leed aan dysmorfofobie en dat hij daarom zo veel plastische chirurgie onderging.
Plastische chirurgie lijkt misschien de ideale oplossing voor mensen met dysmorfofobie, maar dat is het niet. Na de operatie zijn ze snel weer ontevreden over hun uiterlijk.
De beste behandeling is gedragstherapie, eventueel in combinatie met medicijnen die de dosis van de neurotransmitter serotonine in de hersenen verhogen.
Mooier met een hond
Onze hersenen discrimineren lelijke mensen, of het nu de misvormde Freddy Krueger uit A Nightmare on Elm Street betreft of degenen die we dagelijks om ons heen hebben.
Maar gelukkig is het uiterlijk niet de enige factor die onze perceptie van andere mensen beïnvloedt. Door hun persoonlijkheid en daden kunnen we positiever over hen denken, en zelfs gaan geloven dat hun gezichten perfect zijn.







Liefde maakt je hersenen blind
Je voldoet misschien niet aan alle eisen voor een mooi gezicht, maar wanhoop niet. Een beetje liefde kan de hersenen van andere mensen laten denken dat jij de schoonheid in eigen persoon bent.
1. Hersenen staan liefdeshormoon af
Bij verliefdheid wordt de hypofyse onder in de hersenen geactiveerd door een samenspel van factoren als uiterlijk, humor en vriendelijkheid.
De zenuwcellen van de hypofyse staan vervolgens het hormoon oxytocine (geel) af aan de bloedbaan.
2. Hormoon breekt door de wand
Oxytocine bereikt via het bloed het hele lichaam, en heeft ook een effect op de hersenen.
Het hormoon is een te groot molecuul om zomaar vanuit het bloed de hersenen in te sijpelen, maar speciale eiwitten (rood) helpen daarbij.
3. Signalen veranderen je beoordelingsvermogen
Verschillende delen van het beloningssysteem van de hersenen worden beïnvloed door oxytocine.
Dankzij het hormoon (geel) zenden de zenuwcellen signalen door, waardoor je partner je veel mooier toeschijnt dan hij of zij is.
Een Zwitsers experiment toont aan dat we lachende gezichten aantrekkelijker vinden dan neutrale of chagrijnige – en dat een glimlach zwaarder kan wegen dan lelijke gelaatstrekken.
Aardig zijn draagt ook bij aan een mooi uiterlijk. Canadese onderzoekers wisten bijvoorbeeld de mening van proefpersonen over een reeks foto’s van gezichten te veranderen door hen te vertellen dat de persoon op de foto iets goeds of slechts had gedaan. Van gezichten die werden geassocieerd met een goede daad leken de neuzen kleiner, de lippen voller en de huid minder bleek.
Ook lief zijn voor dieren heeft effect. Een Israëlisch experiment toonde aan dat vrouwen mannen veel aantrekkelijker vonden als de zin ‘Hij heeft een hond’ werd toegevoegd aan een beschrijving. Volgens een Amerikaanse studie werkt het hebben van een kat lang niet zo goed.
Zelfs de fictieve Freddy Krueger zou een plaatje kunnen zijn als hij zijn leven zou beteren, wat aardiger zou worden en een hond zou nemen.