Shutterstock

Liefde is pure chemie

Van de spanning van het flirten en de roes van de verliefdheid tot de geborgenheid van de vaste relatie. In elke fase van de liefde word je aangestuurd door bepaalde hersencentra en hormonen, en met hersenscans is dit drama live te volgen. Ga mee op een wetenschappelijke ontdekkingstocht in de chemie van de liefde.

FLIRTEN - De eerste uren of dagen

Emoties op de roulettetafel

Flirten is net roulette spelen of drugs gebruiken. Het beloningscentrum van de hersenen is verantwoordelijk voor de hevige emoties die je gedrag sturen.

Het gebiedje NAcc (nucleus accumbens) voor in de hersenen scheidt dopamine uit, een signaalstof die je zo’n tevreden gevoel oplevert dat je de handeling die daartoe leidde, graag wilt herhalen.

In tests maten onderzoekers een verhoogd dopamineniveau in de NAcc bij proefpersonen die ze geld beloofden, en bij heteroseksuele mannen die naar foto’s keken van vrouwen die ze aantrekkelijk vonden.

Hersenactiviteit in de eerste 12 maanden:

In de eerste uren en dagen wordt een bepaald hersengebied geactiveerd, terwijl drie andere in het eerste jaar overuren maken.

Nucleus accumbens

Beloont je met dopamine

M. Torres/Getty Images

Gyrus angularis

Schat de gevoelens van de ander in

M. Torres/Getty Images

VTA-gebied

Reageert op het zien van je vlam

M. Torres/Getty Images

Voorste deel frontaalkwab

Beoordeelt of de partner de juiste is

M. Torres/Getty Images

VERLIEFDHEID - De eerste zes tot twaalf maanden

Geluk levert stress op

De verliefdheidsroes wordt meestal positief ervaren, maar gaat ook samen met onzekerheid en twijfels. Die stresstoestand is goed te zien in je hersenen als je net verliefd bent.

Het gehalte aan stresshormonen is hoog, en de hersengebieden die keuzes moeten maken en inschatten wat je vlam van jou vindt, zijn roodgloeiend.

Verliefde maakt moeilijke keuze

Verliefdheid gaat gepaard met grote twijfel. In 2011 legde psycholoog Xiaomeng Xu van de Stony Brook University in New York 18 pas verliefde jonge vrouwen en mannen onder de hersenscanner.

Bij het zien van de uitverkorene werd het voorste deel van de frontaalkwab (OFC) heel actief. Dit gebied bepaalt mede of een bepaalde handeling voor herhaling vatbaar is.

Het zien van de vlam leidde ook tot activiteit in de rechterhelft van het beloningscentrum (VTA); bij het zien van een familielid reageert de linkerhelft.

De hersenen maken dus onderscheid tussen romantiek en liefde voor een familielid.

Bij het zien van een vlam reageren de gebieden OFC en VTA.

© Lucy L. Brown

Graad van verliefdheid is te meten

Verliefde mensen vragen zich voortdurend af of hun gevoelens wederzijds zijn.

De gyrus angularis, een gebiedje tussen de occipitaal- en pariëtaalkwab achter in de hersenen, schat onder meer de gemoedstoestand en de bedoelingen van de ander in (de zogeheten theory of mind), en is bij verliefden heel actief.

Stephanie Ortigue van de University of California in Santa Barbara scande de hersenen van 29 verliefde vrouwen die dachten aan hun grote liefde.

Hoe verliefder ze zich voelden, des te groter de activiteit in de gyrus angularis was.

VASTE RELATIE - Vanaf één jaar

Hormoon geeft veilig gevoel

Na een half tot een heel jaar vol verliefdheid met stress en euforie gaat de relatie over in een stabiele fase, die door andere chemische stoffen wordt aangestuurd.

De stresshormonen cortisol en NGF dalen tot een normaal niveau, maar de hoeveelheid oxytocine stijgt.

In de kleine amandelvormige kern in de temporaalkwabben, de amygdala, dempt dit hormoon stress en angst, en in een stabiele relatie geeft het een gevoel van veiligheid en kalmte.

© M. Barton/Nature PL

Prairieveldmuis monogaam met oxytocine

Veruit de meeste zoogdieren hebben tijdens hun leven een aantal verschillende partners. Maar de kleine prairieveldmuis is zijn leven lang monogaam, en dat komt waarschijnlijk door het hormoon oxytocine. De prairieveldmuis heeft meer receptoren voor oxytocine in zijn hersenen dan andere zoogdieren, en als onderzoekers die blokkeren, neemt de muis er snel wat andere partners bij.

Oxytocine maakt de ander mooi

Het hormoon oxytocine speelt een sleutelrol in het menselijke liefdesleven. De Duitse psychiater René Hurlemann van de universiteit van Bonn publiceerde in 2013 opzienbarende testresultaten met deze stof.

Hij liet 20 jonge mannen met een vaste, duurzame relatie een stapel foto’s van vrouwen bekijken. Er zaten foto’s van hun partner bij, maar ook van onbekende vrouwen, en de mannen moesten elke vrouw een cijfer geven voor aantrekkelijkheid.

Daarna herhaalde Hurlemann de test, maar nu kregen de mannen neusspray met oxytocine toegediend. En wat bleek: door de invloed van het hormoon vonden de mannen hun partner aantrekkelijker dan zonder hormoon, maar andere vrouwen beoordeelden ze hetzelfde.

Uit hersenscans bleek dat oxytocine het gebied nucleus accumbens (NAcc) beïnvloedt, een deel van het beloningscentrum.

Andere tests tonen aan dat dit gedeelte van de hersenen bijdraagt aan het goede gevoel van een liefdesrelatie, dus het hormoon schept een band tussen de partners.

Deze hersengebieden zijn actief tijdens een vaste relatie

Pariëtaalkwab

Lagere activiteit geeft veiligheid

Shutterstock

Temporaalkwab

Lagere activiteit geeft veiligheid

Shutterstock

Amygdala

Lagere activiteit dempt angst

Shutterstock

Nucleus accumbens

Zorgt voor het liefdevolle gevoel

Shutterstock

Voorste deel frontaalkwab

Lagere activiteit als je je verliefd voelt

Shutterstock

Vaste relatie dempt negatieve gevoelens

Neurobioloog Semir Zeki van het University College in Londen heeft hersenscans van andere onderzoekers bestudeerd, waarbij de proefpersonen foto’s van hun partner bekeken.

Hij stelde vast dat verschillende hersengebieden minder actief worden als je een stabiele, gelukkige relatie hebt.

Het gaat onder meer om de amygdala, die betrokken is bij angst, en delen van de hersenschors van de pariëtaal- en temporaalkwabben, die je een negatief gevoel geven.

Weinig activiteit daar leidt tot veiligheid, rust en evenwicht – de gevoelens die in een gelukkige relatie overheersen.

Uit de hersenscans blijkt ook dat bij mensen met een langdurige relatie het voorste deel van de frontaalkwab minder actief is als ze foto’s van hun partner bekijken.

Dit gebied is actief als we bedenken wat anderen van ons zullen vinden, en volgens Semir Zeki betekent een geringe activiteit hier dat mensen in een vaste relatie, anders dan verliefden, het vaste vertrouwen hebben dat ze geliefd zijn, en niet zoveel hoeven te piekeren over de gevoelens van de ander.

Twee mensen vrijen in bed
© Shutterstock

Drie lusthormonen

Het seksleven wordt gestuurd door drie hormonen: de mannelijke en vrouwelijke geslachtshormonen testosteron en oestrogeen, en oxytocine. Die leiden alle tot genot en saamhorigheidsgevoel.

MAN:

De lust wordt sterk gestuurd door het geslachtshormoon testosteron. In proeven waarbij dit bij jonge mannen medicinaal geblokkeerd werd, nam de lust na twee weken sterk af, en ook de seksuele fantasieën en masturbatie verminderden.

VROUW:

Waarschijnlijk geeft oestrogeen direct of indirect zin in seks. Uit sommige tests blijkt dat vrouwen met veel partners meer testosteron in het bloed hebben dan vrouwen met een vaste relatie.

BEIDEN:

Het hormoon oxytocine, dat een band tussen de verliefden smeedt, blijkt ook de zin in seks te bevorderen. Oxytocine komt tijdens het orgasme zowel bij mannen als vrouwen vrij en zorgt voor het gevoel van genot.

DE BREUK

Ongelukkige liefde deprimeert

A ls een langdurige relatie uit gaat, is dat in de hersenen te zien. Psychiater Christina Stoessel van de Duitse Friedrich-Alexander-Universität Erlangen-Nürnberg, vergeleek de hersenscans van 12 mensen die door hun partner waren verlaten met die van 12 gelukkige mensen.

De verlaten personen hadden minder activiteit in de insula en gyrus cinguli (ACC), hersengebieden voor het verwerken van positieve en negatieve gevoelens, die ook minder actief zijn bij patiënten met depressiviteit. Dat kan verklaren waarom het zo’n verdriet doet als een relatie op de klippen loopt.

Na een breuk (onderste afbeeldingen) zijn de ACC en insula in de hersenen minder actief.

© Stößel et al./Neuropsychobiology