‘Bonnie en ik zijn in een kamer met een slang. Ik ben er bang voor. Bonnie trekt zich er niets van aan en pakt hem bij de staart, terwijl ik schreeuw van angst. Ze lacht naar me als de slang zich rond haar arm kronkelt en mij bijna bijt. Ik trek me terug, boos dat ze me zo in gevaar brengt.’
Weinig mensen hebben zoiets in het echt meegemaakt, maar in dromen zijn dergelijke ervaringen vol angst en andere sterke emoties niet zo vreemd. Dit verhaaltje is dan ook een beschrijving van een droom. Het is ontleend aan een droomdagboek dat de Britse Barb Sanders ruim drie decennia van haar leven heeft bijgehouden.
In totaal heeft ze 3694 dromen opgetekend, en haar nachtelijke ervaringen hebben een belangrijke bijdrage geleverd aan een onderzoeksproject dat in 2020 door Britse en Italiaanse wetenschappers is uitgevoerd. Het project werd geleid door informaticus Luca Maria Aiello, die toen werkte bij Nokia Bell Laboratories in Cambridge, VK, en daarna docent werd aan de Deense IT-universiteit van Kopenhagen.

Een droom over een slang op de arm van een vriendin wordt in het nieuwe algoritme van de onderzoekers teruggebracht tot sleutelwoorden als ‘bang’, ‘schreeuwen’, ‘angst’ en ‘gevaar’.
Samen met zijn collega’s heeft hij de inhoud van 24.000 dromen in kaart gebracht in een poging te begrijpen wat dromen kunnen vertellen over onze diepste gedachten, gevoelens en zorgen. Hij gebruikte een nieuw ontwikkeld algoritme, en de resultaten duiden erop dat onze dromen grotendeels de ervaringen weerspiegelen die we in het dagelijks leven hebben, wat klopt met een bijna 60 jaar oude theorie over de betekenis van dromen.
Volgens deze zogeheten continuïteitstheorie hebben we vredige dromen na een gezellige dag met het gezin, erotische dromen na een romantische avond of dromen vol agressie in de nasleep van een verhitte ruzie met een collega.
De betekenis van dromen houdt ons al duizenden jaren bezig.
Maar de continuïteitstheorie is niet de enige. Andere onderzoekers zijn ervan overtuigd dat dromen nodig zijn om het geheugen aan te scherpen of nare ervaringen in het dagelijks leven te kunnen verwerken. Wel zijn de meesten het erover eens dat we kunnen leren onze dromen te beheersen en te beïnvloeden waar ze over gaan.
We dromen zo’n twee uur per etmaal
Mensen zijn altijd gefascineerd geweest door dromen, waaraan in de loop der tijd verschillende betekenissen zijn toegedicht.
4000 jaar geleden beschouwden de Egyptenaren dromen als boodschappen van de goden, terwijl 1000 jaar later de Indianen dachten dat ze een uiting waren van onze diepste verlangens. En sindsdien zijn filosofen, biologen en psychologen op zoek gegaan naar een diepere betekenis in deze vaak absurde en surreële nachtelijke scenario’s.
Veel mensen hebben zelf ook wel eens geprobeerd hun dromen te interpreteren, hopend dat die iets over de toekomst zouden voorspellen of geheimen uit het verleden konden openbaren.
Maar hoewel we een derde van ons leven slapen en ieder etmaal tot twee uur in dromenland doorbrengen, weten onderzoekers eigenlijk heel weinig over de reden dat we slapen en dromen.
Het lijdt echter geen twijfel dat beide nachtelijke toestanden noodzakelijk zijn voor onze gezondheid en ons welzijn. Als je bij vlagen te weinig slaapt, bouw je geleidelijk een slaaptekort op, dat je dan in de volgende nachten zult inhalen door langer te slapen.
En als je een paar nachten niet hebt kunnen dromen, zal de droomfase een navenant groter deel van je slaap uitmaken.
Droomonderzoek volgt twee sporen
De laatste decennia heeft het droomonderzoek globaal twee sporen gevolgd. Sommige onderzoekers richten zich op de dromen zelf en proberen te begrijpen waarom de innerlijke beelden zich voordoen en of ze ons iets over onszelf kunnen vertellen.
Door dromen kunnen we nieuwe dingen beter onthouden.
Andere onderzoekers richten zich echter op de processen die zich in de hersenen afspelen tijdens de droomslaap, wat die betekenen voor de hersenfunctie en hoe ze onze geestelijke gezondheid kunnen bevorderen. Dat geldt ook voor droomonderzoeker Tore Nielsen van de universiteit van Montreal in Canada.
In 2014 daagde hij 22 proefpersonen uit met het spel ‘Corsi block-tapping’. Daarbij kijken de deelnemers hoe iemand een aantal blokken in willekeurige volgorde aanraakt, waarna zijzelf de blokken in dezelfde volgorde moeten aanraken.
Het spel doet een groot beroep op het zogeheten procedurele geheugen, dat we bijvoorbeeld gebruiken bij het onthouden van bewegingen als fietsen of pianospelen.
Nadat de proefpersonen het spel hadden geleerd, sliepen ze een nachtje, waarbij de onderzoeker hun slaapfasen analyseerde. De volgende dag speelden zij het spel opnieuw.
Drie slaapfasen leiden naar dromenland





Je droomt een vijfde van de nacht
Tijdens de nacht doorloop je verschillende slaapcycli, die veelal 90 minuten duren en waarbij vier soorten slaap elkaar afwisselen. De droomslaap, ook bekend als de remfase, duurt in totaal 20 procent van de totale slaap.
1. Lichte slaap geeft je hallucinaties
Vanuit de waaktoestand glijd je in de lichte slaap N1. Die maakt slechts zo’n 5 procent van alle slaap uit. En het kan wel lijken alsof je droomt, maar het gaat om een bijzondere vorm van hallucinatie en niet om echt dromen.
2. Je verliest het bewustzijn
Na circa 10 minuten gaat de slaap over in de N2-fase, waarbij je het bewustzijn verliest en je spieren volledig ontspannen zijn. Deze fase is belangrijk voor het geheugen en duurt 10-25 minuten. Samen maken ze rond de 50 procent van je nachtrust uit.
3. De hersenen worden gereinigd
Vanuit N2 drijf je af naar de diepe slaap, N3 en N4, waaruit je heel moeilijk wakker te krijgen bent. Je brengt circa 25 procent van de nacht in diepe slaap door. In deze fase lozen je hersenen afvalstoffen, dus die is heel belangrijk.
4. Dromen hebben vrij spel
De remfase van de droomslaap vertegenwoordigt zo’n 20 procent van de nachtelijke slaap. De hersenen zijn nu bijna net zo actief als in wakkere toestand. Je spieren zijn evenwel verlamd, dus je kunt niet fysiek meedoen met je dromen.
Deze keer waren sommige proefpersonen beter geworden in Corsi block-tapping, en de slaapanalyses toonden aan dat juist zij die nacht relatief lang in de droomslaap van de remfase hadden doorgebracht, wat blijkbaar hun procedurele geheugen had versterkt.
De Mexicaanse psychologe Maria Corsi-Cabrera heeft op soortgelijke wijze aangetoond dat dromen een therapeutisch effect kunnen hebben op onze geestelijke gezondheid.
Voor een experiment vroeg ze proefpersonen een reeks zeer enge beelden van moordscènes en levensgevaarlijke situaties te bekijken, en vervolgens hun eigen emotionele reacties op de beelden te beoordelen.
De volgende dag werd het experiment herhaald, maar tijdens de nacht ertussen werd de helft van de deelnemers telkens gewekt wanneer ze begonnen te dromen, terwijl de andere helft even vaak werd gewekt, maar op tijdstippen waarop ze niet droomden.
Dromen verlicht stress
Uit de resultaten bleek dat de beelden de tweede keer lang niet zo eng overkwamen als de proefpersonen ’s nachts ongehinderd hadden kunnen dromen.
Dus het is de droomslaap, en niet alleen de slaap als zodanig, die stressvolle ervaringen verwerkt. Met behulp van hersenscans toonden de onderzoekers zelfs aan dat dromen de activiteit beïnvloedde van verschillende hersengebieden die betrokken zijn bij het vormen van sterke emotionele reacties.
Dromen nemen hele brein in beslag
De hersenen rusten niet wanneer we dromen, maar voeren de activiteit (rood) sterk op in de gebieden die verantwoordelijk zijn voor emoties, beelden en beweging. Het verstand (blauw) gaat op een laag pitje, waardoor dromen wonderlijk en absurd worden

Hersenen proberen spieren te laten werken
De motorische centra boven in en midden in de hersenen sturen de spieren aan en zijn extra actief als je droomt. Maar tijdens de droomslaap zijn de spieren verlamd en kunnen ze niet reageren op de hersensignalen. De activiteit geeft echter een gevoel van beweging, wat dromen levendiger maakt.

Oordeel en rede zijn opgeschort
Tijdens de droomslaap neemt de activiteit af in de hersengebieden voor logisch denken, zelfbeheersing en concentratievermogen. Daartoe behoren de orbitofrontale cortex en de DLPFC van de frontale kwabben, plus delen van de pariëtaalkwab. Daardoor worden dromen verwarrend en onlogisch, en verschuift de focus voortdurend.

Hersencentra laten emoties oplaaien
Een paar hersengebieden voor het aansturen van onze emoties zijn bijzonder actief tijdens de droomfase. In de binnenste hersenen zijn dit de amygdala, de hippocampus en de thalamus, en in de frontale kwab zijn het de ACC en de DMPFC. Daardoor worden dromen vervuld van emoties als vreugde, angst en liefde.

Visueel centrum voegt beelden toe aan droom
Onze dromen zijn zeer visuele ervaringen vol levendige beelden, want de visuele centra in de occipitaalkwabben worden sterk geactiveerd tijdens de droomslaap. De visuele centra vormen de meeslepende film die in dromen voor ons geestesoog verschijnt.
Op die manier helpen dromen ons dus om onze negatieve emoties te verwerken, zodat we rustiger reageren en minder gestrest raken.
Freud richtte zich op seks en agressie.
Binnen de andere tak van het droomonderzoek, de poging om de boodschappen van dromen te duiden, vond vooral de Oostenrijkse arts en psychoanalyticus Sigmund Freud navolging.
Freud bestudeerde sinds de jaren 1890 symbolen in de vorm van voorwerpen, dieren, mensen en situaties die herhaaldelijk voorkwamen in iemands dromen, en verbond ze met basale menselijke emoties en behoeften – voornamelijk seks en agressie.
Sindsdien volgt de klassieke droomduiding tot op zekere hoogte dit spoor. Psychologen beschouwen terugkerende droomscenario’s zoals vliegen, vallen of achtervolgd worden vaak als een uiting van een innerlijk gevoel van respectievelijk vrijheid, controleverlies of de vlucht voor verantwoordelijkheid en confrontatie.
Algoritme vat alle dromen in dezelfde formule.
De nieuwe Britse en Italiaanse poging om de betekenis van dromen te begrijpen is ook gebaseerd op terugkerende symbolen.
Luca Maria Aiello en zijn collega’s hebben de 24.000 nachtelijke dagboekaantekeningen doorgenomen, op zoek naar alle woorden die de essentie van de droom beschrijven.
In de droom van Barb Sanders uit de inleiding noteerden de onderzoekers dat Bonnie een vrouw is, de slang een dier, het werkwoord bijten een uiting van agressie, en dat de woorden bang, schreeuwen, angst, boos en gevaar negatieve emoties beschrijven, terwijl het woord lachen een positieve emotie uitdrukt.
Het is veel werk om zo veel dromen te analyseren, dus heeft Aiello een computeralgoritme ontwikkeld om het zware werk te doen. Het berekent de verhouding tussen positieve en negatieve woorden, zoekt tekenen van agressieve of seksuele emoties en identificeert de hoofdrolspelers van de droom.
Het verdeelt ook de verhalen in stukken en verbindt de delen met elkaar in een boom, waarbij de woorden de bladeren van de boom zijn en de takken de manier weergeven waarop die woorden zich tot elkaar verhouden.
Computer analyseert 24.000 dromen
Een nieuw algoritme is gevoed met duizenden droombeschrijvingen. Door overeenkomsten te vinden, kan de oorzaak worden opgespoord.

Computer wordt gevoed met dromen
De onderzoekers voerden 24.000 dagboekaantekeningen over dromen in hun nieuwe algoritme in en leerden het sleutelwoorden en symbolen te herkennen die bijvoorbeeld positieve en negatieve emoties of agressieve en liefdevolle handelingen beschrijven.

Alle dromen krijgen dezelfde formule
Het computerprogramma bouwt een soort boom, waarmee alle dromen dezelfde algemene structuur krijgen. De bladeren van de boom stellen sleutelwoorden voor, en de takken tonen hun relaties en de mensen in de droom op wie ze betrekking hebben.

Dromen kriskras geanalyseerd
Omdat alle dromen zo dezelfde structuur krijgen, kan de computer verschillen en overeenkomsten zoeken; zo kan hij typische kenmerken van de geslachten of van leeftijds- of bevolkingsgroepen identificeren.
Op die manier kan de computer begrijpen wie wat doet, wat de gevolgen zijn en wie daarna boos of blij wordt.
Computer verslaat de psycholoog
Toen het algoritme eenmaal klaar was, werd het ingezet om een reeks droomverhalen te analyseren, en het nam het op tegen een ervaren psycholoog die gewend was dromen te duiden. Hieruit bleek dat de computer in 75 procent van de gevallen tot dezelfde conclusie kwam als de psycholoog.
Dit is natuurlijk niet perfect, maar aangezien het algoritme het werk doet in een fractie van de tijd die de psycholoog nodig heeft, opent het de mogelijkheid om aanzienlijk meer dromen te analyseren en te vergelijken.
Dankzij de grote dataset kan het algoritme zoeken naar droompatronen die terugkeren bij dezelfde persoon, en die in kaart kunnen worden gebracht door iemands leven heen.
Bovendien kunnen onderzoekers de typische droompatronen tussen verschillende mensen vergelijken om na te gaan of er opvallende verschillen zijn in de dromen van bijvoorbeeld mannen en vrouwen.
Mannen dromen agressief
Geslacht bleek inderdaad een grote rol te spelen bij de inhoud van dromen. Vrouwen hebben in hun dromen gemiddeld meer vriendelijke dan agressieve ervaringen, terwijl de dromen van mannen een groot overwicht aan agressieve ervaringen vertoonden.
Bovendien kwamen dieren vaak voor in de dromen van vrouwen, maar niet in die van mannen, die weer meer onrealistische fantasiebeelden hadden.

Uit het algoritme van de onderzoekers blijkt dat de dromen van mannen worden gedomineerd door negatieve emoties en fantasiewezens, terwijl vrouwen over het algemeen vaker dromen over vriendschappen en dieren.
Proefpersoon Izzy had veel dromen gedeeld met de onderzoekers. Van haar 12e tot haar 25e beschreef ze 3172 dromen, en de onderzoekers zagen er enkele duidelijke patronen in.
Vanaf haar vroege tienerjaren kwamen negatieve emoties en agressie steeds vaker voor in haar dromen, wat past bij het gegeven dat de tienerjaren doorgaans gepaard gaan met sociale onzekerheid en tobben.
De resultaten toonden ook aan dat seksuele symbolen een steeds groter deel van Izzy’s dromen in beslag namen vanaf haar 14e tot zij een jonge vrouw van 25 jaar was.
Nieuwe tool voor therapeuten
Over het geheel genomen bevestigt Aiello’s algoritme dus de continuïteitstheorie, en het versterkt het beeld dat nachtelijke dromen een afspiegeling zijn van onze ervaringen overdag.
Dromen kunnen een korte weg zijn naar het onderbewustzijn.
Dit klinkt misschien wat teleurstellend als je had gehoopt dat dromen ons iets konden vertellen over ons verleden of onze toekomst, maar voor cognitief therapeuten en hun patiënten is het groot nieuws.
Door een patiënt naar dromen te vragen kan de therapeut inzicht krijgen in de gedachten en gevoelens die het onderbewuste vullen en de psyche beïnvloeden, maar waarvan de patiënt zich misschien niet eens bewust is.
Inzicht in onze eigen dromen kan ook nuttig zijn als we ze kunnen sturen, en circa 20 procent van ons kan dat in meer of mindere mate. Het verschijnsel wordt lucide dromen genoemd, en via verschillende technieken kunnen mensen zichzelf trainen om hun dromen te beïnvloeden.
Tijdens een lucide droom ben je je ervan bewust dat je droomt, en in plaats van een passieve toeschouwer te zijn, kun je het heft in handen nemen en beslissen wat er gaat gebeuren. Dit kan niet alleen leiden tot leuke nachtelijke ervaringen, het kan ook helpen om de hersenfunctie te versterken.
Met behulp van hersenscans toonde Giulio Tononi van de universiteit van Wisconsin in de VS in 2018 bijvoorbeeld aan dat gebieden vooraan in de frontaalkwabben van de hersenen sterkere en actievere zenuwverbindingen hadden met andere delen van de hersenen bij mensen met veel lucide dromen.

Hersenscans tonen aan dat de activiteit van de hersenschors hoger is in de wakkere toestand (links) dan in de normale droomslaap (midden). Wanneer we zogeheten lucide dromen beleven (rechts), waar we ons van bewust zijn, is de activiteit ertussenin.
Juist deze zenuwverbindingen zijn vermoedelijk betrokken bij het vermogen om na te denken over je eigen gedachten. Dit gaf aanleiding tot theorieën dat lucide dromen een dieper inzicht weerspiegelen, waardoor de hersenen bepaalde taken beter kunnen oplossen.
De combinatie van inzicht in onze dromen en de mogelijkheid ze te sturen opent enorme mogelijkheden. Als je je er bijvoorbeeld van bewust bent dat je, zoals Barb Sanders, droomt over enge slangen, lijkt de ervaring minder beangstigend en kun je een aangenamer scenario kiezen. Met meer inzicht en controle kunnen we uitkijken naar nachtelijke ervaringen waar we nu alleen maar van kunnen – dromen.