MANNEN VS. VROUWEN
Mannenbrein is groter dan vrouwenbrein
WAAR: Gemeten naar gewicht winnen de mannen. In 2014 maten Britse onderzoekers duizenden breinen op en stelden ze vast dat die van mannen gemiddeld 8-13 procent groter zijn dan die van vrouwen.
Maar het vrouwenbrein heeft een betere interne communicatie. De schakel tussen de hersenhelften – het corpus callosum – is het dikst bij vrouwen, wat erop duidt dat zij sneller kunnen schakelen tussen een taak voor de ene en een taak voor de andere helft.
Ook zijn de grijze en witte stof anders verdeeld bij de twee geslachten. Grijze stof bestaat uit de kernen van de hersencellen, terwijl de witte stof de ‘bekabeling’ vormt, de axonen, die signalen van de ene naar de andere cel brengen. Met andere woorden, de witte stof staat voor communicatie, de grijze voor beheersing. Vrouwen hebben vaak meer grijze stof, mannen meer witte.
Bij mannen zijn gedeelten van het zogeheten limbische systeem groter dan bij vrouwen. Dit systeem bestuurt angst, geheugen, gedrag en reuk.
Sommige onderzoekers zoeken een verklaring in de oertijd, toen mannen vaker moesten omgaan met angst en gevaren als ze op jacht gingen.
Bij vrouwen zijn gedeelten van de frontaalkwab voor in de hersenen groter dan bij mannen. Deze regelt onder meer empathie, en het verschil kan wellicht verklaren waarom mannen zich vaker agressief opstellen dan vrouwen.






MANNEN
hebben een ontwikkelder hippocampus en amygdala, waar o.a. angst en geheugen zetelen.
VROUWEN
hebben een ontwikkelder frontaalkwab dan mannen. Deze kwab regelt zaken als empathie en zelfbeheersing.
MANNEN
hebben een wat groter limbisch systeem dan vrouwen. Hier liggen de centra die o.a. gevoel, reuk en gedrag aansturen.
VROUWEN
hebben een wat groter taalcentrum – centrum van Broca – dan mannen.
MANNEN
hebben meer witte stof dan vrouwen. Hier communiceren de hersencellen met elkaar.
VROUWEN
hebben vaak meer grijze stof dan mannen. Hier regelen de hersenen hun signalen.
HERSENHELFTEN
Logica zetelt in je linkerhersenhelft, creativiteit in de rechter
ONWAAR: Nobelprijswinnaar Roger Sperry onderzocht in de jaren 1960 proefpersonen bij wie de verbinding tussen de twee hersenhelften was doorgesneden. Hij vroeg ze verschillende taken te verrichten, terwijl hij observeerde welke hersenhelft actief was. Dat leidde tot de mythe dat de twee helften duidelijk onderscheiden functies hebben.
Dit is allang wetenschappelijk weerlegd, want uit hersenscans blijkt dat zelfs bij de simpelste opgaven vele gebieden overal in de hersenen geactiveerd worden.
Nu worden de hersenen ingedeeld in 52 Brodmanngebieden, die een soort landkaart van het brein vormen. De gebieden staan elk voor een bepaalde taak, maar de verbindingen ertussen zijn minstens zo belangrijk.
Onlangs bleek dat velden in het voorhoofd, achter het oor en linksboven in de hersenen samenwerken en belangrijk zijn voor de intelligentie.
En niets duidt erop dat de ene hersenhelft meer logische of creatieve gebieden heeft dan de andere.

ALCOHOL
Bij elk glas drank raken je hersenen cellen kwijt
ONWAAR: Als je wakker wordt na een lange nacht stappen met veel bier, heb je precies hetzelfde aantal hersencellen als een dag eerder.
Dat stelde een team Deense onderzoekers vast toen ze in 1993 de zenuwcellen in de hersenschors van alcoholisten en controlepersonen maten. De schors is de buitenste laag van de hersenen, waar allerlei verbindingen worden gelegd.
Wel ontdekte het team dat de witte gebieden in de hersenen waar de ‘communicatiekabels’ doorheen lopen, bij alcoholisten waren geslonken. Alcohol breekt het isolatielaagje rond de zenuwen af.
Zonder dit laagje loopt de snelheid waarmee de hersenen communiceren, terug van 120 m/s tot 1 m/s, en worden de zenuwcellen onbruikbaar. De onderzoekers weten niet precies hoe alcohol de isolatielaag van de cellen afbreekt.
In de hippocampus, het geheugencentrum, heeft alcohol invloed op de genen die zenuwcellen afbreken, hersenweefsel laten verschrompelen en de celvorming remmen. Dit verklaart waarom alcoholisten vaak geheugenproblemen hebben.
Alcoholisme veroorzaakt gaten in de hersenen

Hersenen van een alcoholist
Een gat in de hersenen was te zien op een scan van een 72-jarige vrouw die te veel dronk. Waar gezonde hersenen vol zogeheten witte stof zitten, is hier dus een gapend gat te zien.

Controlehersenen
Kleine holtes zijn er altijd wel in de hersenen. Hier wordt hersenvocht gevormd, dat het kwetsbare weefsel van het brein beschermt tegen o.a. grote drukverschillen.
HERSENCAPACITEIT
Je benut maar 10% van je brein
ONWAAR: Je gebruikt niet je hele brein tegelijk, maar alle gebieden zijn elke dag aan het werk. Onderzoekers meten de hersenactiviteit door proefpersonen een radioactief gemarkeerde suiker te laten innemen.
De hersenen draaien op suiker, en in een PET-scanner zien onderzoekers dat het voor meer dan 10 procent oplicht en actief is.
Stel je voor dat je over het strand loopt. Als je je spieren beweegt, gebruik je gebieden aan de boven- en zijkant van je hersenen (motorische schors).
Je voelt het zand, en nu zijn de gebieden net daarachter (somatosensibele schors) actief.
Doordat je ziet waar je loopt, activeer je het achterste deel (visuele schors).
Voor het opsnuiven van de zeelucht gebruik je het binnenste deel van de hersenschors (reukschors). En terwijl je over het zand slentert, heb je gedachten, die voor in je hersenen (frontaalkwab) ontstaan.
Video: Dit zijn je zachte hersenen
In de beschermende schedel drijven je hersenen op dit moment in een veilige omgeving van hersenvocht – als een boei in het water. En dat is niet voor niets.
Copyright: "Neuroanatomy Video Lab: Brain Dissections" by permission of Suzanne S. Stensaas, Ph.D., University of Utah School of Medicine. This movie is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommerical-ShareAlike License.
HERSENCELLEN
Het brein bestaat uit 100 miljard zenuwcellen
ONWAAR: In oude lesboeken staat dat je wel 100 miljard zenuwcellen of neuronen in je hersenpan hebt.
Neuronen zijn de belangrijkste hersencellen, en hebben dan ook allerlei soorten steuncellen om zich heen. Die beschermen ze tegen schadelijke stoffen en isoleren de verbindingen, waardoor ze elkaar snel en effectief signalen kunnen toespelen.
Maar na 2009 moesten we de lesboeken herzien, want toen heeft een onderzoeksteam het aantal neuronen na weten te tellen. Met een nieuwe methode, isotrope fractionering, scheidden onderzoekers de hersengebieden van elkaar.
Zo berekende het team dat de hersenen 86 miljard neuronen hebben – 14 procent minder dan werd gedacht. Het verschil komt overeen met 18 kattenhersenen.
Onze 86 miljard neuronen gaan echter vergezeld van 85 miljard steuncellen, waar ze zwaar op leunen om elke gedachte en beweging die wordt ingezet, onder controle te kunnen houden.
In de proef keken de onderzoekers ook hoe de neuronen over de hersenen verdeeld zijn. Er bleek een groot verschil te zijn tussen de grote hersenen, kleine hersenen en hersenstam.
Ondanks hun volume bevatten de grote hersenen maar een vijfde van het aantal neuronen; steuncellen voeren er de boventoon. Waarom dat zo is wordt nog onderzocht.

Bewegingscentrum heeft de meeste hersencellen
Grote hersenen (rood)
Maken 82% van de massa uit, maar bevatten slechts 19% van alle neuronen.
Kleine hersenen (blauw)
Maken 10% van de massa uit, maar bevatten wel 80% van alle neuronen.
Hersenstam (geel)
Maakt 8% van de massa uit, en bevat slechts 1% van alle neuronen in de hersenen.
MUZIEK
Babybrein ontwikkelt zich beter als je Mozart draait
WAAR & ONWAAR: In 1993 liet een creatief onderzoeksteam een groep studenten tijdens een IQ-test naar Mozart luisteren. Daarbij bleek dat de groep die naar klassiek geluisterd had, acht IQ-punten hoger scoorde dan de controlegroep.
Het gerucht over het Mozarteffect verspreidde zich snel, en algauw draaiden ouders overal ter wereld klassiek voor hun kinderen in de hoop dat ze zouden uitgroeien tot genieën.
Al werd de studie verkeerd geïnterpreteerd, de hersenen van kinderen ontwikkelen zich op bepaalde plekken wel degelijk als ze worden grootgebracht met muziek.
Als kinderen naar muziek luisteren of zelf een instrument leren spelen, worden er nieuwe verbindingen gevormd tussen de hersencellen in meerdere gebieden. Daardoor kunnen ze zich beter concentreren, leren ze beter en worden hun motorische ontwikkeling en taalvaardigheid bevorderd.
Recente studies tonen aan dat een foetus al vanaf week 25 van de zwangerschap muziek kan horen. En na de geboorte kunnen baby’s de melodieën herkennen die werden gespeeld toen ze in de baarmoeder zaten: hun hersenen zijn dan actiever dan bij melodieën die ze nooit hebben gehoord.
Pasgeboren baby’s herkennen de tonen die ze in de baarmoeder hoorden. Na 25 weken in de buik kan het gehoorcentrum van de hersenen al muziek opvangen. In deze video zie je een MRI-scan van een foetus van ongeveer 20 weken oud.
ZINTUIGEN
We hebben meer dan vijf zintuigen
WAAR: Naarmate er meer bekend wordt over de menselijke anatomie, blijkt dat we veel meer zintuigen dan de klassieke vijf hebben.
De hersenen ontvangen zintuiglijke indrukken van miljoenen receptoren in en op ons lichaam. Receptoren zijn kleine voelers, die bijvoorbeeld pijn, druk, temperatuur of jeuk waarnemen – belangrijke informatie die de hersenen nodig hebben om het lichaam onder controle te houden.
De receptoren zijn verbonden aan zenuwcellen, die de informatie omzetten in een elektrisch signaal en het naar de hersenen sturen.
Een zintuig dat een grote rol speelt, is proprioceptie. Daarbij werken de ruggenmergcellen, spiercellen en de kleine hersenen samen, waardoor je je armen en benen gecoördineerd kunt bewegen – ook met je ogen dicht.
Met het zintuig proprioceptie houden de hersenen bij waar je ledematen zich bevinden, ook als je met je ogen dicht beweegt.