Shutterstock
Jongen met bruine ogen

Oogkleur – Wat bepaalt de oogkleur van je kind?

De oogkleur van je kind wordt bepaald door de genen die hij of zij van jou krijgt. Dit betekent echter niet dat je kind dezelfde oogkleur krijgt als jij of je partner. Wetenschap in Beeld praat je bij over de genetische kant van oogkleuren.

De oogkleur van je kind is genetisch bepaald

De oogkleur van je kind wordt in de eerste plaats bepaald door de genen die het van jou en je partner erft.

Alle mensen hebben een combinatie van twee genen die hun oogkleur helpen bepalen.

Elke ouder geeft één gen door aan het kind, dat dan een combinatie van de twee geërfde genen krijgt.

Hier zie je hoe de oogkleur meestal van ouder op kind overgaat:

  • Als ouders bruine en groene ogen hebben is er een kans van 50 procent dat hun kind bruine ogen krijgt, een kans van 12,5 procent op blauwe ogen en een kans van 37,5 procent op groene ogen.
  • Als beide ouders groene ogen hebben is er een kans van 0,5 procent dat hun kind bruine ogen krijgt, een kans van 24,5 procent op blauwe ogen en een kans van 75 procent op groene ogen.
  • Als de ouders blauwe en groene ogen hebben is er een minimale kans dat hun kind bruine ogen krijgt, een 50 procent kans op blauwe ogen en een 50 procent kans op groene ogen.
  • Als ouders bruine en blauwe ogen hebben is er een kans van 50 procent dat hun kind bruine ogen krijgt, een kans van 50 procent op blauwe ogen en een minimale kans op groene ogen.
  • Als beide ouders blauwe ogen hebben is er een minimale kans dat hun kind bruine ogen krijgt, een kans van 99 procent op blauwe ogen en een kans van 1 procent op groene ogen.
  • Als beide ouders bruine ogen hebben is er een kans van 75 procent dat hun kind bruine ogen krijgt, 6,2 procent kans op blauwe ogen en 18,8 procent kans op groene ogen.

De percentages moeten als schattingen worden beschouwd.

Hoewel oogkleuren vaak deze logica volgen, zijn er uitzonderingen, die je hier in het artikel kunt leren kennen.

Dominante en recessieve genen

Welke genen door ouders worden doorgegeven is volkomen willekeurig. Het is echter niet volkomen willekeurig welke oogkleur je krijgt met de verschillende genencombinaties.

Het gen voor bruine ogen is bijvoorbeeld dominant, en het gen voor blauwe ogen recessief.

‘Als je maar één gen voor bruine ogen krijgt, krijg je dus bruine ogen. Om blauwe ogen te krijgen, moet je een blauw gen van zowel je moeder als je vader krijgen. Dat is de genetica van Mendel,’ verklaart Jesper Thorvald Troelsen, hoogleraar medische biologie aan de Deense universiteit van Roskilde.

Gregor Johann Mendel was een Oostenrijkse monnik die in de jaren 1860 de wetten van de erfelijkheid ontdekte die de basis legden voor het begrijpen van de genetica.

Op basis van Mendels genetica worden oogkleuren gewoonlijk verdeeld in blauwe en bruine ogen, hoewel er veel meer oogkleuren bestaan.

Dit komt omdat de overige oogkleuren varianten zijn van blauwe en bruine ogen.

Overzicht van oogkleuren

Hieronder zie je enkele van de oogkleuren die er bestaan.

Overzicht van verschillende oogkleuren

Er zijn veel oogkleuren, maar ze bevinden zich allemaal in het spectrum van blauw en bruin.

© Shutterstock

Omdat oogkleur van de ouders wordt geërfd, krijgt een kind in de meeste gevallen dezelfde oogkleur als ten minste een van de ouders.

Het is echter mogelijk dat het kind een totaal andere oogkleur heeft dan zijn ouders. Het kind kan blauwe ogen krijgen, ook al hebben beide ouders bruine ogen.

Het verschijnsel treedt op als beide ouders een gen voor bruine en een gen voor blauwe ogen hebben, volgens Jesper Thorvald Troelsen: ‘Als beide ouders het hebben, zullen ze bruine ogen hebben. Maar als ze hun blauwe gen aan hun kind doorgeven, krijgt het kind blauwe ogen. Circa een kwart van hun kinderen zal blauwe ogen hebben.’

Maar als slechts een van de ouders twee dominante genen heeft, dus genen voor bruine ogen, zullen alle kinderen bruine ogen hebben, volgens de klassieke genetica. Dit komt omdat het gen voor bruine ogen dominant is.

Oogkleur - schema

Vroeger dacht men dat de overerving van oogkleur door slechts één gen bepaald werd. In dat geval kon een kind van twee ouders met blauwe ogen geen bruine ogen krijgen, zoals op de foto. Zo zit het echter niet.

© Shutterstock/Ken Ikeda Madsen

Ouders met blauwe ogen kunnen een kind met bruine ogen krijgen

Er zijn echter voorbeelden van ouders met blauwe ogen die een kind met bruine ogen krijgen.

Dit wijkt af van de klassieke wetten van overerving, want het kind vormt pigment in het oog, ook al hebben beide ouders blauwe ogen. Blauwe ogen zijn een teken van een gebrek aan pigment.

De verklaring hiervoor is te vinden in de genetische variaties in de OCA2-promotorregio van het gen HERC2, waardoor mensen blauwe ogen hebben.

Inactieve genen kunnen bruine ogen geven

Ouders met blauwe ogen kunnen een kind met bruine ogen krijgen

Moeder met inactief HERC2-gen
© Shutterstock/Ken Ikeda Madsen

Moeder met inactief HERC2-gen

Het inactieve gen betekent dat er geen pigment wordt aangemaakt, dus de moeder heeft blauwe ogen.

Vader met inactief OCA2-gen
© Shutterstock/Ken Ikeda Madsen

Vader met inactief OCA2-gen

Het inactieve gen betekent dat er geen pigment wordt aangemaakt, dus de vader heeft blauwe ogen.

Kind met actief OCA2- en HERC2-gen
© Shutterstock/Ken Ikeda Madsen

Kind met actief OCA2- en HERC2-gen

Het kind erft andere genetische variaties van de OCA2- en HERC2-genen, en beide genen zijn actief. Daardoor produceren ze pigment en krijgt het kind bruine ogen.

Als een van deze gemuteerd of inactief is, produceert het oog geen pigment en krijgt de persoon blauwe ogen, zoals in het geval van de ouders in de illustratie hierboven.

Als het kind echter enkele andere genetische variaties erft, kan het in zeldzame gevallen bruine ogen krijgen, zelfs als beide ouders blauwe ogen hebben.

Welke variaties er precies bij betrokken zijn wordt nog onderzocht.

Baby met grijsblauwe ogen
© Shutterstock

Baby’s hebben altijd grijsblauwe ogen

Welke oogkleur je kind ook krijgt, hij of zij zal bij de geboorte blauwgrijze ogen hebben. Dit komt door het gebrek aan licht in de baarmoeder.

Als de baby geboren is, begint licht van buitenaf het pigment in het oog te stimuleren en langzaam verschijnt de permanente oogkleur van de baby.

De permanente oogkleur van een kind verschijnt vaak na zes maanden, maar het kan tot 12 maanden duren.