Daarom houdt je hond van babypraat

Onderzoekers hebben van een aantal honden de hersenen gescand en een nieuwe ontdekking gedaan over onze trouwe viervoeters.

‘Jaaa, jij bent mijn lieve schatje hè!’

De meeste mensen zetten een hogere stem op, praten ritmischer en spreken hun klinkers overdreven uit als ze oog in oog staan met een baby.

En hetzelfde gebeurt vaak als we tegen honden praten, blijkt uit verschillende eerdere onderzoeken.

Nu heeft een groep Hongaarse wetenschappers onderzocht hoe de hoge, melodieuze toon de hersenen van onze viervoeters beïnvloedt – en hun bevindingen zijn goed nieuws voor iedereen die een babystem opzet.

Voor het onderzoek, dat is verschenen in Communications Biology, volgden onderzoekers de hersenen van een aantal opgevoede gezinshonden die werden blootgesteld aan verschillende toonhoogtes en stemmetjes.

Met behulp van een flink aantal snoepjes lokten de onderzoekers de huisdieren in een speciale hersenscanner (fMRI), die bestaat uit een krachtige magneet en een spoel.

De scanner kan laten zien waar en wanneer er een verhoogde bloedtoevoer en activiteit is in verschillende delen van de hersenen.

Gaandeweg werden de honden blootgesteld aan spraakopnames van 12 mannen en 12 vrouwen die hun stem aanpasten aan honden, volwassenen of baby’s.

Hund
© Shutterstock

Honden hebben minder verbindingen

Om de gedachten van de hond te kunnen begrijpen, hebben onderzoekers zijn hersenen in kaart gebracht, die niet groter zijn dan een citroen. Dat geeft ons een idee van de mentale vermogens van het dier.

Hondenhersenen zijn simpeler dan mensenhersenen
© Claus Lunau

1. Trots zit in de hersenschors

De frontaalkwab (geel) en de pariëtaalkwab (oranje) verwerken bij de mens secundaire emoties: complexe emoties als schuld, wanhoop en trots. Bij ons vormen de gebieden 85 procent van de hersenschors, bij honden maar 20 procent.

Hondenhersenen zijn simpeler dan mensenhersenen
© Claus Lunau

2. Verbindingen leggen oorzaak bloot

Zenuwverbindingen tussen de hersenschors, die verantwoordelijk is voor het denken, en het limbisch systeem (geel), dat emoties hanteert, helpen ons de oorzaak van onze emoties te begrijpen. Honden hebben veel minder van deze verbindingen dan wij.

© Claus Lunau

3. Gezichtscentrum maakt ons achterdochtig

Voor emoties als achterdocht moeten we gezichtsuitdrukkingen kunnen ontcijferen, en een groot deel van ons gezichtscentrum (geel) houdt zich exclusief met die taak bezig. Bij honden wordt dit afgehandeld door een gebied dat ook bezig is met andere taken.

Een van de ontdekkingen was dat de hersenen van de honden meer leken te reageren op baby- en hondenpraat, die beide worden gekenmerkt door een hoge toon, dan op volwassen spraak.

Bovendien ontdekten de onderzoekers dat honden om de een of andere reden bijzonder ontvankelijk waren voor honden- en babypraat van vrouwen.

De onderzoekers denken dat de reactie van honden op de heldere, gevoelige en melodieuze tonen het resultaat kan zijn van de manier waarop mensen generaties lang met honden zijn omgegaan.

Ze moedigen baasjes ook aan om de kenmerkende stem te gebruiken wanneer ze met hun honden communiceren, om zo een sterkere band met hun huisdieren te creëren – en misschien zelfs meer gehoorzaamheid.