Deze klimaatverandering is door mensen veroorzaakt
Nu is er echter geen meteoriet van buitenaf die we de schuld kunnen geven voor de klimaatverandering. We hebben het toch echt aan onszelf te danken.
Dat stelde het klimaatpanel van de VN, het IPCC, definitief vast in dit grote rapport uit 2021.
Het rapport is gebaseerd op meer dan 14.000 wetenschappelijke artikelen, en de conclusie is zonneklaar:
De mens heeft ‘zonder twijfel’ de opwarming van het klimaat veroorzaakt door de uitstoot van broeikasgassen.
Tussen 1850 en nu is de gemiddelde temperatuur wereldwijd met ongeveer 1,1 °C gestegen.
De laatste keer dat onze planeet zo snel opwarmde, was na de laatste ijstijd, circa 9600 jaar geleden, de zogeheten Jonge Dryas.
Toen steeg de temperatuur ook met ongeveer 1,1 graden, maar daar ging destijds een periode van 1100 jaar overheen, en niet slechts 140 jaar, zoals nu.
De klimaatverandering van nu kwam in een hogere versnelling vanaf de industrialisering, 250 jaar geleden.
De industrialisering bracht een veel hoger verbruik van fossiele brandstoffen als olie, kolen en gas met zich mee, onder andere door verkeer en machines.
Volgens het IPCC-rapport is 1,07 graden van de opwarming te wijten aan menselijke bronnen – met name de enorme hoeveelheden broeikasgassen die we uitstoten.
Welke klimaatveranderingen beïnvloeden mensen en dieren het meest?
Hittegolven, overstromingen, stormen en aardbevingen – dat zijn enkele van de rampen die worden veroorzaakt door klimaatverandering.
En die extreme weersverschijnselen komen ons duur te staan. Het zal ons een vermogen gaan kosten, en veel mensen zullen omkomen.
Uit een rapport van de World Meteorological Organization (WMO) uit 2021 blijkt dat er door weerrampen de afgelopen jaren wereldwijd 2 miljoen mensen zijn omgekomen. En daarbovenop heeft het ons 3,38 biljoen euro gekost.
Dat is gemiddeld 115 sterfgevallen en 188 miljoen euro per dag.
Sinds 1970 is het aantal natuurrampen vervijfvoudigd, vergeleken met de 50 jaar daarvoor, concludeert het rapport.
En het extreme weer heeft vooral veel gevolgen voor de armste mensen ter wereld.
91 procent van alle sterfgevallen door natuurrampen tussen 1970 en nu vond namelijk plaats in ontwikkelingslanden.
De natuurverschijnselen die in de afgelopen 50 jaar de meeste levens hebben gekost, zijn volgens de WMO:
- Droogte – 650.000 doden
- Stormen – 577.232 doden
- Overstromingen – 58.700 doden
- Extreme temperaturen – 55.736 doden
Alleen al in 2022 verwoestte extreem weer verschillende delen van de wereld – met rampzalige gevolgen.
Pakistan werd in het regenseizoen (van juni tot oktober) getroffen door hevige overstromingen, want er viel vier keer zo veel neerslag als normaal. Ruim 1700 mensen kwamen om, en miljoenen mensen raakten dakloos.
In Europa werd de zomer van 2022 de warmste ooit. Ook viel er heel weinig neerslag, waardoor Europa de ergste droogte in 500 jaar meemaakte. Honderden mensen overleden door een zonnesteek, en de landbouwsector leed onder de mislukte oogsten.
Er lijden echter niet alleen mensen onder de klimaatveranderingen.
Volgens een groot VN-rapport over de biodiversiteit op aarde worden tot wel een miljoen soorten op aarde met uitsterven bedreigd. Veel soorten dreigen binnen een paar decennia te verdwijnen.
Klimaatverandering is een van de redenen dat de biodiversiteit afneemt. Soorten en ecosystemen kunnen zich moeilijk aanpassen aan grote klimaatveranderingen.
De conclusie van een wetenschappelijk rapport uit 2016 is dat 47 procent van de onderzochte soorten al plaatselijk is uitgestorven door klimaatverandering.
Een van de plekken met steeds minder flora en fauna is het Noordpoolgebied.
Volgens het rapport The State of the Arctic Terrestrial Biodiversity Report moeten meerdere Arctische soorten steeds verder naar het noorden migreren om de klimaatveranderingen in het Noordpoolgebied te kunnen overleven.
Wat doen we om klimaatverandering tegen te gaan?
In 1992 leidde de VN-conferentie inzake Milieu en Ontwikkeling in Rio de Janeiro tot het Klimaatverdrag, een raamverdrag over klimaatverandering.
De conventie had als doel om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen.
Later volgde het Verdrag van Kyoto, dat resulteerde in het Protocol van Kyoto.
De doelstelling was dat de geïndustrialiseerde landen de uitstoot van CO2 en andere broeikasgassen voor het jaar 2000 terug moesten brengen tot het niveau van 1990. Bijna geen enkel land haalde dat.
Op de klimaattop in Parijs in december 2015 tekenden de landen een historisch klimaatverdrag.
Ze waren het eens dat ze hun best moesten doen om de opwarming onder de 2 graden te houden, en het liefst onder 1,5 graad.
Het gaat echter heel moeilijk worden, om niet te zeggen onmogelijk, om dat te halen.
In oktober 2022 kwam het Emissions Gap Report 2022 uit. De conclusie was dat het ‘zeer onwaarschijnlijk’ is dat we het doel van 1,5 graad opwarming gaan halen.
Er werkten 77 onderzoekers aan het rapport, dat laat zien dat de wereld nu afstevent op 2,8 graden temperatuurstijging in 2100.
Als we niets doen om de CO2-uitstoot te verminderen, ziet de toekomst er nog grimmiger uit.
Volgens berekeningen van OurWorldInData zal de aarde in dat geval begin volgende eeuw zelfs met 4,1 à 4,8 graden opgewarmd zijn.
De uitfasering van fossiele brandstoffen, het gebruik van groene energie, en nieuwe technologieën, zoals het opvangen en opslaan van CO2, kunnen helpen om de klimaatverandering af te remmen.
Het kost een hoop geld om de broeikasgassen te verminderen, maar niets doen is nog duurder.
Volgens het grootste adviesbureau ter wereld, Deloitte, zal klimaatverandering tot 2072 de wereld 178 biljoen dollar gaan kosten, als we tenminste op dezelfde koers verdergaan met uitstoten.