Vuurbollen komen één of twee keer per dag ergens op aarde voor – het zijn meteoren die minstens zo groot zijn als een vuist en tot 10 seconden lang feller schijnen dan de volle maan.
Veel vaker zie je vallende sterren, die de aarde honderden keren per etmaal treffen.
Deeltjes zo klein als een zandkorrel kunnen al vallende sterren maken, die snel opbranden en hoog aan de hemel een heldere streep achterlaten. Ze komen vooral voor tijdens jaarlijkse meteorenzwermen als de Leoniden en Perseïden.
Echte vuurbollen moeten gemeld worden
De laatste keer dat er een grote meteoor door de atmosfeer vloog was op 15 februari 2013. Een steen van circa 12 ton ontplofte boven de Russische stad Tsjeljabinsk. Bijna 1500 mensen raakten gewond, onder meer door versplinterde ramen.
Als je een vuurbol ziet, meld dat dan op www.fireball.imo.net. De American Meteor Society registreert alle vuurbolmeldingen en zet de richting en de duur in een model om te bepalen waar de meteoriet waarschijnlijk gaat inslaan.
Heb je een wetenschappelijke vraag of een foto waar je iets over wilt weten, stuur hem dan naar www.wibnet.nl/qa.