Luchtschepen moeten Venus onderzoeken

NASA is van plan Venus te onderzoeken vanaf een 129 meter lang, met helium gevuld luchtschip. Op termijn vestigt de ruimtevaartorganisatie mogelijk een permanente ruimtebasis met luchtschepen bij de planeet.

wolkenstad Venus

Ruimtevaartorganisatie NASA heeft een strategie uitgedokterd om onze gloeiend hete buurplaneet Venus in de toekomst te kunnen onderzoeken.

In de atmosfeer boven de wolken van Venus wil NASA een 129 meter lang, met 77.521 kubieke meter helium gevuld luchtschip laten rondzweven om data te verzamelen. NASA is in Venus geïnteresseerd omdat de planeet dichter bij de aarde staat dan Mars en de reistijd dus korter is.

Het dak van het luchtschip zal worden bedekt met zonnecellen, die het vele aanwezige licht omzetten in energie. De dunnere atmosfeer hoger boven het oppervlak is voordelig voor een luchtschip.

Missie vindt plaats in hogere luchtlagen van Venus

Venus is een onherbergzame planeet. Aan het oppervlak is de temperatuur 460 graden en de luchtdruk is er 93 keer zo groot als op aarde. Bovendien heeft Venus een dik wolkendek van fijne druppels zwavelzuur en methaan.

Boven het wolkendek, waar de giftige stoffen zijn uitgedund, is het beter uit te houden voor mensen. De atmosfeer is dunner en de temperatuur slechts zo'n 70 graden Celsius.

Het luchtschip bij Venus wordt bedekt met 1044 vierkante meter aan zonnecellen. Aan de onderkant bevindt zich een cabine voor astronauten. Foto: NASA

DE MISSIE NAAR VENUS: Van robot naar permanente basis

NASA’s plan voor Venus bestaat uit vijf fasen.

  1. Fase 1: Er wordt een klein robotschip naar Venus gestuurd.
  2. Fase 2: Een bemande missie draait 30 dagen in een baan om Venus.
  3. Fase 3: Een bemande missie zweeft 30 dagen rond in de atmosfeer.
  4. Fase 4: Een bemande missie blijft een jaar in de atmosfeer.
  5. Fase 5: Er komt een permanente ruimtebasis in de atmosfeer van Venus.

Het is nog niet bekend wanneer de vijf fasen van start zullen gaan, maar deze animatievideo van NASA geeft je vast een voorproefje van de toekomstige missie: