NASA knalt de Cassini eruit

Sinds 2004 levert de sonde Cassini ons gegevens en beelden van de op een na grootste planeet van het zonnestelsel, Saturnus, en de manen rond deze gasreus. Maar binnenkort is het einde oefening. Er staat nog één spectaculaire missie op stapel.

Cassini en Saturnus

13 jaar lang onderzocht de Cassini Saturnus en zijn manen. Maar binnenkort is het einde oefening.

© NASA

Op woensdag 26 april stuurt NASA een oude, trouwe vriend het graf in.

Zo’n 20 jaar nadat de sonde Cassini-Huygens ­– ook bekend als de Cassini – naar Saturnus werd gestuurd, is de missie ten einde. De dienstplicht zit erop en de sonde gaat de dood tegemoet.

Maar de Cassini vertrekt niet stilletjes. Hij sluit zijn missie af met een harde knal.

NASA huldigt de Cassini met een video, waarop je ziet hoe de sonde zal sterven.

Cassini graaft zijn eigen graf

Het door kernenergie aangedreven vaartuig verliet de aarde in 1997 en bereikte Saturnus in 2004. Sindsdien heeft hij een stroom aan gegevens van de gasreus zelf, zijn ringen en zijn vele manen geleverd.

Onder de meest spectaculaire ontdekkingen van de sonde is het bewijs van een warme, vloeibare zoutwaterzee onder het bevroren oppervlak van de maan Enceladus. Maar juist deze ontdekking betekende het doodvonnis van de sonde.

Na al die jaren in de ruimte is de Cassini bijna door zijn brandstof heen, en NASA is bang dat het vaartuig op Enceladus zal neerstorten. Hier zouden de micro-organismen van de aarde die de sonde bij zich draagt, het mogelijke leven in de onderaardse zee kunnen verstoren en verontreinigen.

Na 22 rondes: over en uit

Daarom trekt NASA de stekker uit de missie. De laatste brandstof moet de sonde gebruiken om van koers te veranderen, waardoor hij tussen Saturnus en de ringen eromheen zal belanden.

Hier maakt de sonde 22 rondjes rond de gasreus, waarna hij op 15 september in de atmosfeer van de planeet opbrandt.

Maar vóór zijn dood levert hij hopelijk gegevens en foto’s van dit nog onverkende gebied.