Kort nadat ons zonnestelsel 4,6 miljard jaar geleden ontstond, begon de proto-aarde, de voorloper van onze planeet, zich te vormen.
De meeste wetenschappers zijn het er over eens dat de aarde werd gevormd door 100 miljoen jaar van willekeurige botsingen van grote hemellichamen en dat water via waterhoudende planetoïden hier terecht kwam.
Maar deze theorie wordt nu sterk in twijfel getrokken door onderzoekers van de universiteit van Kopenhagen, die de ontstaansperiode aanzienlijk verkorten. Dit zou goed nieuws kunnen zijn in de zoektocht naar buitenaards leven.
Door de analyse van de isotopische samenstelling van verschillende ruimtestenen, denken wetenschappers nu dat de aarde zich in een paar miljoen jaar heeft gevormd en dat er al vroeg in dit proces levensvormende bouwstenen zijn ontstaan.
Dat schrijven ze in het tijdschrift Nature.
Aarde krijgt nieuwe ontstaansgeschiedenis
Onze aarde is het resultaat van een paar miljoen jaar samensmelten van kleine rotsen, en in diezelfde tijd is ook ons water ontstaan.
Wetenschappers denken dat er na het ontstaan van de zon rondom onze ster een schijf is gevormd die de basis vormde voor de planeten in het zonnestelsel. Deze schijf bestond uit minuscule stofdeeltjes.
‘Wanneer een planeet een bepaalde grootte bereikt, gedraagt hij zich een beetje als een stofzuiger van stofdeeltjes,’ zegt Isaac Onyett, promovendus aan het Center for Star and Planet Formation (StarPlan) – Globe Institute van de universiteit van Kopenhagen, in een persbericht.
‘Dat betekent dat hij binnen een paar miljoen jaar kan uitgroeien tot een planeet ter grootte van de aarde.
In dit stofzuigerproces heeft ook het water zijn weg naar onze planeet gevonden.’
De onderzoekers onderzochten de isotopische samenstelling van het metaalelement in verschillende meteorieten en ontdekten dat slechts één soort materiaal leek op de samenstelling van de aarde – de zogeheten CI-chondrieten op deze afbeelding.
‘De schijf bevatte ook een grote hoeveelheid ijsdeeltjes. En het stofzuigereffect werkte zowel op stof als op ijs. Mede daardoor is er water op aarde terechtgekomen tijdens het ontstaansproces.’
De onderzoekers gebruikten isotopen van silicium om de mechanismen en de duur van de evolutie van de aarde te begrijpen.
Ze analyseerden de isotopensamenstelling van meer dan 60 meteorieten en hemellichamen – ook wel CI-chondrieten genoemd, die volgens wetenschappers het dichtst in de buurt komen van het basismateriaal van het zonnestelsel.
Hierdoor konden ze het ontstaan van rotsachtige planeten (zoals de aarde en Mars) en andere hemellichamen in kaart brengen.
Van daaruit konden ze de bouwstenen en het ontstaansproces van onze aarde nagaan.
De kans op buitenaards leven wordt groter
Met deze kennis denken wetenschappers dat de kans op het vinden van bewoonbare planeten elders in het heelal sterk is toegenomen. Vooral doordat blijkt dat er al vroeg in de samenstelling van planeten water kan zijn.
‘Volgens onze theorie zal er altijd water aanwezig zijn wanneer planeten zoals de aarde worden gevormd,’ zegt een andere onderzoeker, hoogleraar Martin Bizzarro van het Globe Institute van de universiteit van Kopenhagen, in het persbericht.
Als er in een ander zonnestelsel een planeet is die, net als de aarde, op de juiste afstand om een ster ter grootte van de zon draait, dan zou daar water te vinden moeten zijn.