Patiënten reageren meestal gunstig op de eerste behandeling, maar ontwikkelen vaak snel resistentie. Dan komt de kanker terug, en een nieuwe chemokuur baat niet.
Daardoor zijn de mogelijkheden voor verdere behandeling beperkt. Tot nu toe.
Onderzoekers van de Monash University in Australië hebben een geneesmiddel gevonden dat resistentie onder controle lijkt te houden en de levensverwachting van patiënten meer dan verdubbelt.
Door genen te onderzoeken die vaak in kankercellen te vinden zijn, oncogenen, ontdekten de wetenschappers dat een bepaalde groep, MYC-oncogenen, oververtegenwoordigd was na chemotherapie en in verband werd gebracht met de ontwikkeling van resistentie.
Daarom kamden ze medische databanken uit op geneesmiddelen die het effect van de oncogenen konden tegengaan. En de zoektocht wierp vruchten af.
Fimepinostat, al in klinisch onderzoek voor de behandeling van hersentumoren bij kinderen, had de juiste eigenschappen, en latere experimenten met muizen toonden aan dat het middel de omvang van de tumoren verminderde en de levensduur van de proefdieren aanzienlijk verlengde.
In combinatie met andere medicijnen was fimepinostat nog effectiever.
De volgende stap is klinisch onderzoek bij mensen, waarmee de onderzoekers zo snel mogelijk hopen te beginnen.