Sneltest
Zoals de naam al zegt kan een sneltest in korte tijd een coronabesmetting vaststellen.
Er zijn twee soorten coronatests:
- Diagnostische tests, die laten zien of je op dit moment besmet bent met COVID-19.
- Bloedtests, die laten zien of je besmet bent geweest met het coronavirus.
Op dit moment gebruiken gezondheidsdiensten voornamelijk diverse soorten diagnostische tests, waarbij er met een wattenstaafje keel- en neusslijm wordt afgenomen.
Bij een sneltest wordt meestal neusslijm afgenomen en heb je binnen 15 minuten een uitslag.
Hoe betrouwbaar is een sneltest?
Sinds september adviseert de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) om in het kader van het opsporen van besmettingen ook sneltests in te zetten. Sommige landen zijn echter bang voor de hoge foutmarge die uit een aantal onderzoeken naar voren kwam.
Zij vertrouwen liever op de gevoelige PCR-test, waarbij keel- en neusslijm in een laboratorium wordt verwerkt en geanalyseerd om genetisch materiaal, RNA, van het coronavirus te vinden.
Als het monster goed wordt afgenomen en verwerkt, is een PCR-test voor 98 à 99 procent betrouwbaar en is de uitslag al bij één virusdeeltje positief. Maar het duurt vaak een paar dagen voor die uitslag binnen is, wat een zwak punt is als je snel besmettingen wilt opsporen.
Maar nu heeft een vergelijkend onderzoek de bruikbaarheid van de veel snellere sneltests vastgesteld.
Deense onderzoekers namen bij 5000 burgers een PCR-test en een sneltest af. Met de sneltests werd 70 procent van de gevallen gevonden die bij de PCR-tests ook positief testten.
De overige 30 procent, waarbij de sneltest de besmetting niet ontdekte, zijn zogeheten valse negatieven. Dit is contraproductief, want zo kan een patiënt met een negatieve test gewoon zijn gang gaan en onbewust anderen aansteken.