Omikronvariant wordt dominant
Op dinsdag 23 werd er een nieuwe coronavariant met meer dan 30 mutaties geïdentificeerd in Zuid-Afrika.
Drie dagen later noemde de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) de variant ‘zorgelijk’, omdat de eerste analyses erop duiden dat door het hoge aantal mutaties de kans groter is dat gevaccineerden en mensen die eerder besmet zijn geweest, opnieuw besmet worden.
Diezelfde dag kreeg de nieuwe coronavariant de naam omikron.
Nadat de Zuid-Afrikaanse overheid op 23 november waarschuwde voor omikron, kondigden meerdere landen een reisverbod af. De nieuwe coronavariant had zich echter al verspreid, en nu is omikron wereldwijd de dominante coronavariant.

Feiten over de omikronvariant
- Besmettelijkheid: Volgens een nog niet collegiaal getoetst Deens onderzoek is omikron ongeveer anderhalf keer zo besmettelijk als de deltavariant. En de deltavariant is weer circa 50-60 procent besmettelijker dan de alfavariant, die zich begin 2020 verspreidde.
- Subvarianten: In de loop van 2022 zijn er meerdere subvarianten van omikron ontstaan, waaronder BA.2, die zich vooral in de winter verspreidde en volgens Deens onderzoek nog besmettelijker is dan de originele omikronvariant. Tegen het eind van het voorjaar zijn de subvarianten BA.5, BA.2.12.1 en BA.4 ontstaan, en geschat wordt dat vooral BA.5 in de zomer zal domineren. BA.5 zou nog besmettelijker zijn dan de subvariant BA.2. En daarnaast zijn BA.4 en BA.5 minder gevoelig voor de immuniteit die we hebben opgebouwd door vaccins en eerdere besmettingen.
- Symptomen: Onderzoek duidt erop dat omikron klachten veroorzaakt als zware vermoeidheid, een loopneus, hoesten en keelpijn. Klachten als koorts en verlies van reuk en smaak treden minder vaak op. Bij de subvarianten treden dezelfde symptomen op.
- Risico op ernstige ziekte: Voorlopige data wijzen erop dat de kans om in het ziekenhuis te belanden met de omikronvariant half zo groot is als met de deltavariant. Subvarianten als BA.4 en BA.5 zorgen waarschijnlijk ook niet vaker voor ernstige ziekte.
Omikron en besmettelijkheid
Mutaties zijn vaak besmettelijker
De oorspronkelijke omikronvariant heeft 50 mutaties, waarvan 43 op het spike-eiwit, waarmee het virus de lichaamscellen kan infecteren.
Mutaties staan erom bekend dat ze vaak besmettelijker zijn, en die eigenschap blijkt in dit geval duidelijk uit het aantal besmettingen en uit onderzoek.
Het aantal besmettingen met omikron is wereldwijd explosief toegenomen, en omikron heeft binnen zeer korte tijd de deltavariant weggeconcurreerd.
Volgens een nog niet collegiaal getoetst onderzoek van de universiteit van Hongkong vermenigvuldigt omikron zich ook 70 keer sneller in de luchtwegen dan de deltavariant.
Naar schatting is omikron anderhalf keer zo besmettelijk als de deltavariant.
Zorgen over BA.5 en BA.4
De nieuwste subvarianten van omikron – BA.5 en BA.4 – werden halverwege mei door het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC) gecategoriseerd als zorgwekkende varianten.
BA.4 en BA.5, die respectievelijk in januari en februari 2022 werden ontdekt, hebben een grote stijging in het aantal besmettingen veroorzaakt in Zuid-Afrika en Portugal, en volgens het RIVM nemen de besmettingen in Nederland ook toe.
De verwachting is zelfs dat BA.4/BA.5 deze maand nog dominant zal worden. Er zijn echter geen aanwijzingen dat BA.4 en BA.5 voor een ernstiger ziekteverloop zorgen.
Omikron en symptomen
Omikron zorgt voor mildere symptomen
Toen omikron zich begon te verspreiden in Zuid-Afrika, meldden Zuid-Afrikaanse artsen dat hun patiënten een mild ziekteverloop hadden met iets andere symptomen dan bij delta.
De eerste observaties wezen erop dat omikron deze symptomen kan veroorzaken:
- Ernstige vermoeidheid
- Pijn in het lichaam
- Hoofdpijn Een rapport van de Zuid-Afrikaanse medische onderzoeksraad wees later in dezelfde richting. Het viel vooral op dat opgenomen patiënten vergeleken met de eerdere varianten geen zuurstof nodig hadden en niet dezelfde luchtwegproblemen vertoonden.
Volgens recentere cijfers van de Amerikaanse Centers for Disease Control (CDC) lijken dit de meest voorkomende symptomen van omikron te zijn:
- Hoesten
- Vermoeidheid
- Verstopte neus of loopneus
De symptomen worden bevestigd door een Brits onderzoek, dat voortdurend nieuwe data verzamelt over de klachten van mensen met corona. Dit onderzoek noemt ook hoofdpijn, niezen en keelpijn als typische symptomen van omikron. Over het algemeen meldt 74 procent een loopneus, 64 procent heeft keelpijn, 64 procent ondervindt vermoeidheid en 60 procent moet niezen.
Voorheen waren koorts en een verminderde reuk en smaak de meest voorkomende symptomen van het coronavirus. Sinds de komst van omikron ervaart volgens het onderzoek slechts één op de vijf besmette mensen verlies van reuk of smaak.
De subvarianten BA.4 en BA.5 zorgen waarschijnlijk voor dezelfde symptomen als de oorspronkelijke omikronvariant.
Symptomen van omikron in vergelijking met delta en alfa
Hieronder kun je zien wat de meest voorkomende symptomen waren van de delta- en de alfavariant.
De deltavariant zorgt meestal voor de volgende symptomen:
- Koorts
- Algehele lamlendigheid
- Spierpijn
- Loopneus
- Hoofdpijn
- Keelpijn
- Verlies van reuk- en smaakvermogen
Ter vergelijking: de meest voorkomende symptomen van de alfavariant waren:
- Koorts
- Droge hoest
- Verlies van reuk- en smaakvermogen
Omikron en ernstige ziekte
Kleinere kans op ziekenhuisopname
Omikron veroorzaakt meestal een milder ziekteverloop dan de deltavariant, en de kans op ziekenhuisopname is ook kleiner.
Statens Serum Institut, het Deense RIVM, meldde begin 2022 dat de kans op ziekenhuisopname bij de omikronvariant half zo groot is als bij de deltavariant.
Daarbij duidt een onderzoek van de universiteit van Hongkong erop dat omikron zich weliswaar snel vermenigvuldigt in de luchtwegen, maar vergeleken met delta en alfa slechter in het longweefsel. Dat kan gunstig zijn voor het ziekteverloop en de kans op ziekenhuisopname.
We willen echter benadrukken dat er nog steeds mensen in het ziekenhuis terechtkomen met omikron.
Je kunt het aantal ziekenhuis- en IC-opnamen in Nederland volgen op het coronadashboard.
Voorlopige data wijzen er niet op dat de subvarianten BA.4 en BA.5 de kans op ernstige ziekte en ziekenhuisopname verhogen.
Omikron en vaccins
Vaccins zijn minder effectief tegen omikron
De oorspronkelijke omikronvariant heeft 43 mutaties op het spike-eiwit waarmee het virus de cellen in het lichaam kan infecteren, RNA kan verspreiden en zichzelf kan voortplanten.
Alle bestaande coronavaccins richten zich op het spike-eiwit, en toen omikron begon te floreren, ontstond er bezorgdheid dat de vaccins minder effectief zouden zijn tegen deze variant.
Inmiddels weten we dat dit helaas het geval is.
Mensen die recent volledig waren gevaccineerd met Pfizer, hadden tegen de deltavariant een beschermingsgraad van 87 procent. Met Moderna was dat 88 procent.
Bij omikron daalt de beschermingsgraad tegen besmetting echter tot 55,2 procent en 36,7 procent voor respectievelijk Pfizer en Moderna.
Bovendien daalt de effectiviteit van de vaccins in de loop van enkele maanden, en om die reden bieden veel landen nu een boosterprik aan.
Een boosterprik met Pfizer biedt na een paar weken 54,6 procent bescherming. Voor Moderna is dit nog niet in kaart gebracht.
De subvarianten BA.4 en BA.5 lijken minder gevoelig te zijn voor immuniteit van vaccins dan de oorspronkelijke omikronvariant. Maar hoeveel dat precies verschilt, weten we nog niet.
Hoewel de vaccins minder goed beschermen tegen besmetting met omikron, beschermen ze nog wel tegen ziekenhuisopname.
Volgens Brits onderzoek is bij twee prikken de kans op ziekenhuisopname na 25 of meer weken 51 procent lager. Een derde prik verlaagt de kans met 68 procent.
In deze data is echter de oorspronkelijke omikronvariant als uitgangspunt genomen, en niet BA.4 en BA.5, die in de zomer van 2022 waarschijnlijk dominant zullen worden.
Vaccins kunnen worden aangepast aan omikron
Omdat de vaccins minder goed beschermen tegen besmetting met omikron, moeten ze mogelijk worden aangepast aan deze nieuwe variant. Gelukkig kan dat vrij snel worden gedaan.
De voorbereidingen om de bestaande coronavaccins aan te passen, begonnen al toen de bètavariant en later de deltavariant hun intrede deden.
Daarom zijn de betreffende farmaceuten goed toegerust om omikron en zijn subvarianten te tackelen.
Naar schatting zal het vier tot zes maanden duren om aangepaste vaccins op de markt te brengen.