Kanker ontstaat in een proces van vaak 20 tot 40 jaar. Een cel muteert geleidelijk, waardoor hij gevaarlijke eigenschappen krijgt.
Na 10 à 15 mutaties in een bepaalde volgorde die elkaars schadelijke effect versterken, kan er een kankercel ontstaan.
De gemuteerde cellen vormen een tumor, die gezond weefsel in de verdrukking brengt en vernietigt.
Tijdlijn: Zo ontstaat kanker

Een cel verandert
Een cel die zich ineens onnatuurlijk begint te delen, luistert niet meer naar de normale groeisignalen.
De cel slaat op hol
De cel repareert fouten (mutaties) in de genen niet meer; nu kunnen er meer gevaarlijke mutaties ontstaan.
De cel wordt onsterfelijk
Door een mutatie kan het lichaam de cel niet doden. Nu vormen de gemuteerde cellen een tumor of gezwel.
Aanmaak van bloedvaten
Het gezwel legt bloedvaten aan om zuurstof voor het kankerweefsel te krijgen en te kunnen groeien.
Invasie in het lichaam
De kankercellen van het gezwel kunnen zich nu uitzaaien, dus naar nieuwe organen gaan en gezond weefsel in bezit nemen.