Het marburgvirus is een filovirus en valt in dezelfde medische categorie als het ebolavirus. De twee virussen zijn verschillend, maar het ziekteverloop dat volgt op de besmetting is klinisch gezien hetzelfde.
Het marburgvirus en het ebolavirus kunnen beide tot hemorragische koorts leiden, waarbij kleine bloedvaten beschadigd raken en het bloed minder goed stolt. Volgens de WHO kan dit leiden tot fatale in- en uitwendige bloedingen.
Hoewel medicijnen het bloeden kunnen verminderen, is het gemiddelde sterftecijfer voor het marburgvirus 50 procent.
Eerste uitbraak in Duits laboratorium
Het virus werd voor het eerst waargenomen in 1967 in Marburg (Duitsland) en Belgrado (Servië).
Volgens The Conversation ontstonden deze uitbraken doordat onderzoekers in Marburg besmette proefdieren (groene meerkatten) hadden ingevoerd uit Oeganda, waar het virus heerste.
Tijdens de eerste geregistreerde uitbraak werden er 31 mensen besmet, van wie er 7 aan inwendige bloedingen stierven.
Het marburgvirus wordt overgedragen door direct contact met bloed, afscheiding of andere lichaamsvloeistoffen van een besmette persoon, maar gezondheidswerkers zijn ook besmet geraakt door contact met kleding en beddengoed van opgenomen marburgpatiënten.
Vleermuizen kunnen primaten besmetten
Al is de oorsprong van het virus nog niet vastgesteld, de WHO wijst op de nijlroezet (een vleermuis).
In 2008 waren er twee gevallen van het marburgvirus waarbij beide besmette personen los van elkaar een grot met nijlroezetten hadden bezocht.
De uitbraak in Ghana is de 15e op rij sinds 1967.