2. Hoofd komt los van het lichaam
Bij beiden worden huid, spieren, zenuwen en ander weefsel van de hals doorgesneden. Bloedvaten en slokdarm worden afgekneld. Alle delen worden gemarkeerd om ze later goed te kunnen laten aansluiten.
Via de luchtpijp blaast een soort blaasbalg lucht in het lichaam. De zenuwbundel van het ruggenmerg wordt ontbloot door een stukje van twee nekwervels af te zagen, en ten slotte wordt het merg netjes doorgesneden.
3. Zenuweindjes groeien aan elkaar
Een helende lijm van de suikerstof chitosan en polyethyleenglycol (PEG) komt op de zenuwen in de twee ruggenmergen. De zenuwen raken elkaar maar net om beschadiging te voorkomen.
De membranen van de zenuwcellen versmelten doordat de PEG water bindt, dat anders een buffer tussen de vethoudende celmembranen vormt. Zonder dit water maken de vetmembranen beter contact. Met losse steekjes worden de twee ruggenmergen aan elkaar genaaid, en nu kunnen ze rustig genezen.
De beschermvliezen in de ruggengraat worden vastgenaaid en de graat zelf wordt gestabiliseerd met schroeven, klemmen en staaldraad.
4. Hoofd wordt op lichaam genaaid
De met kleur gemarkeerde spieren, bloedvaten en zenuwen worden aan elkaar genaaid en verbinden hoofd en lijf. Met de grote zenuwen, de luchtpijp en de slokdarm gaat dat vrij makkelijk, maar met de spieren en bloedvaten is het een stuk lastiger.
Om het lichaam weer te laten werken moeten de artsen elke verbinding correct aanleggen.
Bij het aan elkaar naaien van de bloedvaten krijgt het koude hoofd warm bloed van het lichaam, waardoor het langzaam weer op temperatuur komt. Tot slot wordt de huid aan elkaar genaaid.
5. Lichaam langzaam tot leven gewekt
De patiënt wordt in een kunstmatig coma gebracht en tot 33 °C gekoeld. Door het coma krijgen het lichaam en de hersenen volledige rust, zodat de zenuwverbindingen kunnen helen en het vermogen om zenuwsignalen te versturen zich herstelt. De artsen brengen een infuus aan met afweeronderdrukkende medicijnen, zoals azathioprine, cyclosporine of bijnierschorshormonen.
De medicatie moet voorkomen dat het lichaam het hoofd afstoot. Acute afstoting kan al na een paar uur of een paar dagen optreden, en bij chronische afstoting zal het hoofd binnen enkele jaren langzaam worden afgebroken.
Tijdens het coma is de activiteit van zenuwsignalen door het ruggenmerg minimaal, en zonder prikkels kunnen de zenuwen afsterven. Om dat te vermijden wordt er in het ruggenmerg een elektrode aangebracht waar hoofd en lichaam bij elkaar komen. Deze verbindt de hersenen met een stroombron, die de hersenen ‘traint’ met stootjes.
Vervolgens moet de patiënt zijn lichaam trainen. Om te voorkomen dat het hoofd wordt afgestoten, moet hij de rest van zijn leven medicijnen slikken die het immuunsysteem onderdrukken.