Shutterstock

Gentherapie moet lichaamsvet gezond maken

Eén gen in onze vetcellen kan cruciaal worden voor de behandeling van obesitas. Door het gen te verwijderen kan het zo worden aangepast dat het energie verbrandt in plaats van opslaat.

Uit genetische proeven met muizen blijkt dat obesitas is te behandelen door de vetcellen in het lichaam te veranderen.

Onderzoekers van de universiteit van Massachusetts in de VS bereikten dit resultaat met de techniek CRISPR, waarmee genen uit het erfelijk materiaal van een cel kunnen worden geknipt.

Bruin vet verbrandt energie

Het lichaam bevat twee soorten vet: wit en bruin. In wit vet wordt passief energie opgeslagen, terwijl bruine vetcellen actief de verbranding op gang brengen, zodat het vet wordt omgezet in warmte.

© Ken Ikeda Madsen & Shutterstock

Eén gen verandert het vet

Binnenkort kan een nieuwe behandeling ongezond wit veranderen in bruin vet door één gen uit te schakelen.

Witte vetcellen worden verwijderd

Artsen onttrekken gewone witte vetcellen uit het lichaam van de patiënt. 1 gram cellen volstaat.

Gen wordt weggeknipt

Met de techniek CRISPR wordt het gen NRIP1 uit de cellen geknipt, zodat die veranderen in bruine vetcellen.

Bruine cellen worden ingebracht

Als de bruine vetcellen worden teruggeplaatst, zetten ze vet om in warmte en valt de patiënt af.

Baby’s hebben veel bruine vetcellen, zodat hun lichaam snel warm kan worden, maar de hoeveelheid neemt af naarmate je ouder wordt.

Daar kan de nieuwe techniek verandering in brengen. De onderzoekers namen witte vetcellen af bij mensen en knipten het gen NRIP1 weg.

Veranderde cellen konden tegen vet eten

Zonder het gen ontwikkelden de cellen zich tot bruine vetcellen, die werden geïnjecteerd bij proefmuizen. Deze werden op een vet dieet gezet om het effect te bekijken. Andere muizen kregen dezelfde behandeling, maar met gewone witte vetcellen.

Het bleek dat de muizen met het bruine vet slechts half zo veel aankwamen als de muizen met het witte vet.

Wit vet omzetten in bruin vet leidt niet alleen tot gewichtsverlies, maar ook tot een gezondere lever, blijkt uit proeven met muizen. Na de behandeling behield hun lever dezelfde grootte en kleur (inzet onder). Muizen die zonder te zijn behandeld vet aten, kregen een grotere, bleke lever (inzet boven).

© Emmanuouela Tsagkaraki et al./bioRxiv

Daarbij bleven bij de muizen met het bruine vet de bloedsuikerregulatie en de gevoeligheid voor insuline normaal. De muizen met het witte vet kregen symptomen van diabetes en hadden een slechte bloedsuikerregulatie.

Techniek wordt getest bij apen

Ook de lever van de muizen liet een verschil zien. De muizen met bruin vet hadden een natuurlijke bruine lever, terwijl die van de muizen met wit vet groter en bleker werd.

De onderzoekers willen de methode nu testen op apen voor er kan worden begonnen met proeven op mensen.