Lang voordat de eerste hondenrassen ontstonden, legde de oermens de basis voor de relatie met het dier dat later zijn beste vriend zou worden.
Circa 15.000 tot 130.000 jaar geleden gingen mensen de wolf als jachtmaatje gebruiken. De samenwerking werd hechter en later werden wolven ook ingezet als waakdieren.
De eerste tamme honden leken ongetwijfeld nog veel op wolven en zagen er vermoedelijk uit als de sledehonden van nu. Al heel vroeg begon de mens honden te fokken en eigenschappen te selecteren, waarbij er steeds meer rassen ontstonden.
Met de genen van de wolf konden we blijkbaar alle kanten op qua kleur en grootte. Alle huidige rashonden stammen nog steeds van de wolf af, en in genetisch opzicht is de hond het meest gevarieerde dier dat we kennen.