Biologen van Duke University in de VS hebben veruit de langste duik van een zoogdier ooit geregistreerd. Het nieuwe record van de dolfijn van Cuvier is drie uur en 42 minuten.
Vijf jaar lang hebben onderzoekers via satellietzenders 23 spitssnuitdolfijnen en 3680 van hun duiken gevolgd.

Meesterduikers onder de dieren
De mens
Duur: 24 minuten
Diepte: 253 meter
Keizerspinguïn
Duur: 32 minuten
Diepte: 535 meter
Lederschildpad
Duur: 1 uur en 25 minuten
Diepte: 1280 meter
Potvis
Duur: 1 uur en 23 minuten
Diepte: 2250 meter
Zuidelijke zeeolifant
Duur: 2 uur
Diepte: 2388 meter
Dolfijn van Cuvier
Duur: 3 uur en 42 minuten
Diepte: 2992 meter
Gemiddeld duurden de duiken 59 minuten, dus het record van ruim drie uur is exceptioneel lang. En dat verraste de onderzoekers om meerdere redenen.
Ten eerste is het bijna een uur langer dan het oude record, ook van een spitssnuitdolfijn. En daarnaast zou het niet mogelijk moeten zijn voor een relatief kleine walvisachtige om zo lang onder water te blijven.
2992 meter diepte haalde de spitssnuitdolfijn tijdens zijn lange duik. Hier is weinig concurrentie bij de jacht op inktvissen.
De spitssnuitdolfijn is minder dan zeven meter lang en weegt maar 2,5 ton, en dat bepaalt hoeveel zuurstof hij kan opslaan.
Ter vergelijking: de potvis, die ook bekendstaat om zijn lange en diepe duiken, weegt wel 50 ton, maar zijn onderwaterrecord is slechts 83 minuten.

De dolfijn van Cuvier leeft in alle grote oceanen, maar biologen weten nog maar weinig over hem. De dolfijn is moeilijk te bestuderen omdat hij meestal onder water is.
De spitssnuitdolfijn heeft spieren met een hoog gehalte myoglobine, waarin zuurstof wordt opgeslagen, maar volgens berekeningen raakt het toch al na 77 minuten op. Daarna teren de spieren op suiker, zonder zuurstof en via zogeheten anaerobe verbranding.
Dolfijn zou verzuurd moeten zijn
Hierdoor hoopt het aangemaakte melkzuur zich op in de spieren waardoor ze uiteindelijk niet meer werken. Volgens onderzoekers bezit de spitssnuitdofijn ongekende fysiologische mechanismen die verzuring voorkomen.

Het kostte onderzoekers vijf jaar om data van de duik van de spitssnuitdolfijn te verzamelen. De grootste uitdaging was om de zenders op hun rugvinnen te plaatsen. De walvisachtigen komen steeds maar even boven, en daarom kun je er moeilijk bij.
Bovendien kan de dolfijn mogelijk zijn zuurstofverbruik langer uitspreiden dan onderzoekers hadden verwacht.
Dat kan komen doordat zijn hart en daarmee de verbranding vertraagt, en doordat hij de bloedtoevoer naar de meeste organen uitschakelt, zodat zijn hersenen, hart en spieren zuurstof krijgen.