Hoe zorgen zeepaardjes voor hun jongen?
Zeepaardjes zorgen op een bijzondere manier voor hun jongen. Het mannetje is verantwoordelijk voor de eitjes.

Bij vissen moeten de bevruchte eitjes zich meestal zelf zien te redden. Maar bij zeepaardjes zorgt het mannetje voor de eitjes, tot ze uitkomen. Na een ingewikkelde paringsdans legt het vrouwtje haar eitjes in een soort buidel die het mannetje op zijn buik heeft.
Dit gebeurt als de ouders in spe de staarten in elkaar draaien. De buidel is gevoerd met zacht weefsel, dat opzwelt en op een baarmoeder lijkt als het mannetje de eitjes heeft ontvangen en bevrucht.
De broedtijd varieert per zeepaardensoort van 9 tot 45 dagen. Dan staat het mannetje een zware tijd te wachten. Hij maakt een gat in de buidel en perst de jongen, kleine kopieën van volwassen zeepaardjes, uit zijn buik door een aantal keer flink met zijn buikspieren te trekken – een soort weeën.
Een mannetje ‘baart’ veelal 100 tot 300 jongen. Maar bij de kleinste soorten is het aantal jongen vijf – en grotere soorten krijgen er soms wel 2000. De jongen zijn 2 tot 20 millimeter lang als ze uit de buidel komen. En daarna zijn ze aan zichzelf overgelaten, want hier stopt de zorg van het mannetje.