Het vrolijke getjilp van vogels klinkt meestal naar idylle en natuur. Maar niet ’s morgens.
Vooral in de zomer overstemmen de vroege vogels vaak de wekker - of zo lijkt het althans.
En dat klopt ook wel, zegt de wetenschap.
De luchtvochtigheid van de zomer biedt de perfecte omstandigheden voor gevleugelde tenoren om luidkeels te zingen voor een beoogde partner.
Dauw zet de toon voor ochtendzang
Vogelzang is ’s zomers luider door de hoge luchtvochtigheid van het seizoen.
Vooral als er nog dauw is van de nacht, kan het gezang tot 20 keer luider klinken dan gewoonlijk.
Door het hoge watergehalte in de lucht kan geluid zich beter voortplanten, want watermoleculen zijn minder massief dan zuurstof, stikstof en koolstof, die normaal in de lucht hangen. De moleculen zitten niet zo dicht op elkaar, dus vogelzang komt beter door.
Stadsvogels zingen bovendien iets luider dan hun soortgenoten op het platteland omdat ze het op moeten nemen tegen verkeer en ander lawaai.
Stadsvogels zingen tot wel 14 decibel luider, blijkt uit een rapport.
Vogels kwetteren als een kettingzaag
- De witte klokvogel (Procnias albus) heeft de luidste zang van het vogelrijk
- Het gezang kan 117 decibel bereiken, even luid als het geluid van een kettingzaag
- De luidruchtige vogel is verwant aan de mus
- Inheems in het noordelijke deel van Zuid-Amerika
Wetenschappers zijn het er nog niet helemaal over eens waarom vogels zingen. Vermoedelijk tsjilpen de mannetjes om een partner aan te trekken en potentiële rivalen uit hun territorium weg te jagen.
Een andere theorie waarom mannetjesvogels ’s avonds en ’s morgens het meest zingen, is dat ze overdag te druk zijn met voedsel zoeken.