Punten scoren

Synchroondansen
Tijdens de paartijd maken flamingo’s elkaar het hof met een dans waarin ze rondstappen en synchroon hun nek strekken, met hun kop rukken en met hun vleugels wapperen. Tot hun 20e worden de vogels steeds beter, en ze kennen soms wel 136 danspassen.
Opsmukken

Veren worden roodgeverfd
De vogels verfraaien zich met make-up. Zowel vrouwtjes als mannetjes gebruiken een rode afscheiding uit een klier bij de staart. Met hun snavels smeren ze het goedje in hun veren. Zo laten ze zien dat ze flink wat pit hebben.
Broeden

Nest is een schoorsteen
De vogels broeden in kolonies, en het vrouwtje legt één ei op een moddernest dat op een schoorsteen lijkt. Als er een witte donsbal uit het ei komt, voeren de ouders het kuiken kropmelk, een afscheiding uit de slijmvliezen van de slokdarm.
Opvoeden

Collectieve crèche
De ouders sturen hun jong naar een crèche met alle jongen van de kolonie. Alle volwassen vogels helpen de jongen te verzorgen en beschermen ze tegen roofdieren, zoals arenden. Na drie maanden is het kuiken klaar om te vliegen.
Kleurtje mengen

Kreeftjes geven kleur
Het voedsel bestaat uit piepkleine kreeftachtigen en algen met rode kleurstof die de veren roze kleurt. In de dierentuin mengen de dierverzorgers canthaxanthine door het voer om de vogels kleur te geven. Vroeger gebruikten ze wel paprikapoeder.
Vriendschap sluiten

Een enkeling mag in de buurt komen
Soortgenoten moeten een halslengte afstand houden – met belangrijke uitzonderingen: onderzoek toont aan dat vogels hechte vriendschappen vormen die jaren duren. Flamingo’s hangen rond met twee of drie vrienden, de enige die dichtbij mogen komen.
Chillen

Eén poot is stabieler
De vogel chilt het liefste op één poot – als de flamingo beide poten op de grond heeft, gebruikt hij meer spieren en wiebelt hij meer. De gewrichten en spieren in de poot gaan bijna op slot als de vogel zijn lichaam in een bepaalde houding zet.