Sergey Krasovskiy/Getty Images
Mircroraptor

Reis mee door de evolutie van de vleugel

Zo’n beetje sinds het begin van het leven op aarde zijn soorten – van bacteriën tot vliegende dinosauriërs – al bezig het aardoppervlak te verruilen voor het luchtruim. Het vermogen om te vliegen is zo nuttig gebleken dat de natuur keer op keer de vleugel heeft uitgevonden.

X-aantal miljard jaar terug: Bacteriën gaan het eerst de atmosfeer in

Al kunnen bacteriën zelf niet vliegen en hebben ze nooit vleugels ontwikkeld, je vindt ze massaal op hoogten van 8 tot 15 kilometer. Doordat ze zo klein zijn, tillen winden en luchtstromen ze de lucht in. Toen de bacteriën zo’n 3,5 miljard jaar geleden werden ontwikkeld, waren ze de eerste levende wezens op aarde, en daarom denken onderzoekers ook dat bacteriën de eerste waren die het aardoppervlak verlieten en tijd in de lucht doorbrachten.

Shutterstock

325 miljoen jaar terug: Reuzeninsecten stijgen op

’s Werelds eerste vliegende dier, de reuzenlibel Meganeuropsis, had een spanwijdte van 70 centimeter. Er zijn nog geen fossielen gevonden die kunnen verklaren hoe en waarom de eerste vleugels ontstonden.

Lucas Lima

270 miljoen jaar terug: Planten vinden vleugels uit

Op dit tijdstip ontwikkelden de eerste bomen vleugels voor hun zaden. De naaldboom Manifera Talaris is de oudst bekende boom waarbij de zaden tijdens hun val draaien, de beweging die we nu kennen van het esdoornzaadje. De rotatie vertraagt de zaden, waardoor hun val langer duurt en ze verder verspreid worden door de wind.

Shutterstock

200 miljoen jaar terug: Vis ‘vliegt’ eerder dan vogel

Het oudste fossiel van een vliegende vis, Potanichthys xingyiensis, geldt als een voorloper van de vliegende vissen van nu. Die vliegen niet op eigen kracht, maar zweven boven het water. Er zijn soorten die 400 meter lang in de lucht kunnen blijven, een uitstekende methode om aan roofvissen te ontsnappen.

Shutterstock

150 miljoen jaar terug: Eerste vogel op aarde vloog niet al te best

De archaeopteryx wordt als de eerste vogel op aarde beschouwd, maar lange tijd was het niet duidelijk of hij echt kon vliegen. Nieuwe studies van fossiele hersenen laten echter zien dat het dier zeker door de lucht kon bewegen, al zaten grote afstanden er niet in.

Jane Burton/Getty Images

130 miljoen jaar terug: Bijen en bladluizen bloeien op

In deze periode duiken de eerste bloeiende planten op. Dat is koren op de molen van bestuivende insecten als bijen, vlinders en bladluizen, die zich in een symbiotische relatie met de planten ontwikkelen.

Phil Savoie/NaturePL

125 miljoen jaar terug: Vier vleugels waren een evolutionaire misser

De microraptor leefde gedurende circa 5 miljoen jaar. Onafhankelijk van andere vliegende dinosauriërs ontwikkelde deze dinosaurus vleugels aan beide voor- en achterpoten, dus het dier had er vier. De extra set vleugels sloeg echter niet aan in de evolutie, want de microraptor heeft geen huidige afstammelingen.

Sergey Krasovskiy/Getty Images

70 miljoen jaar terug: Vliegende giraf had 10 meter spanwijdte

De Quetzalcoatlus northropi was zo lang als een giraf, woog circa 250 kilo en had een spanwijdte van 10,4 meter. Daarmee was deze dinosauriër het grootste dier waarvan we weten dat het vloog. Het roofdier joeg op kleinere dinosauriërs.

AMNH

52 miljoen jaar terug: Vleermuis vloog overdag

’s Werelds eerste vleermuis, Onychonycteris finneryi, van 12 centimeter lang had aan alle tenen klauwen – anders dan de vleermuizen van nu, die slechts 1 à 2 klauwen per poot hebben. Hij kon vliegen, maar oriënteerde zich zonder echolocatiesysteem, waardoor onderzoekers denken dat hij overdag actief was.

Nobu Tamura