De ijsbeer is een Arctische moordmachine

De ijsbeer is de onbetwiste koning van het Noordpoolgebied. Een heel scala aan jachttechnieken en een onstuitbare hang naar bloed maken van de ijsbeer een van de meest vasthoudende moordenaars van de dierenwereld.

Met zijn krachtige beet en sterke nekspieren is de ijsbeer in staat om een 100 kg zware zeehond vanuit het water op het ijs te trekken.

© Rob Reijnen/Foto Natura/Minden Pictures/Getty Images

Slechts een op de 20 jachtpartijen eindigt succesvol voor de ijsbeer, maar deze harige jager geeft nooit op. Want als hij eenmaal zijn tanden in een zeehond zet, is de winst enorm.

Dankzij de effectieve spijsvertering van de ijsbeer kan hij 84% van het eiwit en 98% van het vet dat hij eet opnemen. Een ringelrob van 55 kg kan een ijsbeer bijvoorbeeld 8 dagen van voedsel voorzien.

Zeehondenjacht is lastig voor de ijsbeer

Zeehonden bevinden zich voornamelijk in het water, maar af en toe moeten ze op het ijs komen om uit te rusten of te jongen. En hier kan de ijsbeer zijn slag slaan.

Maar de Arctische beer moet slim zijn, want de zeehond houdt constant de gevaren in de omgeving in de gaten. En door de goede reuk van het dier kan het eenvoudig ontdekken of er een ijsbeer in de buurt is.

Ho, zag ik daar een enorme ijsbeer?

De ijsbeer is een listig beest. Als het roofdier een zeehond ziet die op het ijs ligt te luieren, sluipt hij langzaam dichterbij als een rasechte ninja.

De ijsbeer zorgt ervoor dat hij buiten het zicht van de zeehond is en dat hij de wind in zijn gezicht heeft, zodat de zeehond hem niet kan ruiken.

Op het moment dat de ijsbeer 15-30 meter van de zeehond af is, begint hij te sprinten en zet hij zijn klauwen in de zeehond voordat deze het water in kan glijden.

De ijsbeer kan urenlang doodstil staan

Als een ijsbeer het ademgat van een zeehond heeft gevonden, wacht hij zeer geduldig. Zeehonden hebben veel ademgaten en het kan dagen duren voordat ze naar een bepaald gat terugkeren.

De ijsbeer kan niet anders doen dan wachten, maar hij moet steeds opletten, want de zeehond komt maar kort naar boven om adem te halen. In een fractie van een seconde moet de ijsbeer zijn poot door het ijs duwen, zijn klauwen in de zeehond zetten en hem naar boven trekken.

Babyzeehonden zijn een lekker hapje

De ijsbeer deinst er ook niet voor terug om in te breken in een kinderkamer en een baby direct uit de wieg te stelen. In de lente bouwen zeehondenvrouwtjes een hol onder sneeuwhopen op het ijs, waar ze hun jongen baren en verzorgen.

Vindt de ijsbeer zo'n kinderkamer, dan gaat hij op zijn voorpoten staan en hamert zijn voorpoten door het dak van het hol.

De moederzeehond kan normaal vluchten door een gat in het ijs, maar de babyzeehond is vaak overgeleverd aan de ijsbeer en verandert in een lekker hapje.