Hoewel meertjes er in het voorjaar idyllisch uitzien, kan er onder de oppervlakte een harde werkelijkheid schuilgaan. Sommige dieren worden felle kannibalen als het voedsel schaars is.
En onderzoek van de University of North Carolina in de VS laat zien dat dit aanpassingsvermogen een sterke drijvende kracht in de evolutie kan zijn.
Kikkervisjes worden agressieve kannibalen
De onderzoekers bestudeerden kikkersoorten waarvan de kikkervisjes dit vermogen hebben. Als er in de waterplas waar ze opgroeien genoeg algen zitten, ontwikkelen ze een kleine bek en een lang spijsverteringskanaal, geschikt voor plantaardig voedsel.
Maar is er niet genoeg eten, dan krijgen ze krachtige kaakspieren en kartelige monddelen.
Het worden agressieve roofdieren die elkaar naar het leven staan.
Dankzij die flexibele ontwikkeling kan een deel van de soort de crisis overleven.
Het bleek ook dat één soort, Spea bombifrons, vastgehouden heeft aan de strategie, waardoor alle kikkervisjes nu kannibalen zijn, hoeveel voedsel er ook is.
Er is een vergelijkbaar verschijnsel ontdekt bij de rondworm C. elegans. Als er genoeg voedsel is, legt het vrouwtje eieren en gaat ze weer verder met haar leven.
Maar bij schaarste houdt ze de eitjes bij zich tot ze uitkomen. Dan eten de jongen haar van binnenuit op. Bij sommige stammen leggen de vrouwtjes helemaal geen eitjes meer en offeren ze zich altijd op voor hun kroost.
De verandering is het gevolg van een mutatie in één gen. Een soort heeft dus weinig nodig om kannibalistisch te worden.