Dit zijn de slechtste moeders in de natuur

Op 14 mei is het moederdag, maar in het dierenrijk valt er weinig te vieren. Dierenmoeders verwaarlozen hun jongen schromelijk en deinzen er niet voor terug om ze als avondeten te serveren.

Uilenmoeders voeren de grootse jongen altijd het eerst – soms met hun kleine broertje.

© Shutterstock

1. Uil serveert de kleinste kuikens als hapje

De uil legt zijn eieren verspreid over zes à zeven dagen, maar begint meteen met broeden. Daardoor verschillen de kuikens sterk in grootte.

Als de ouders eten naar het nest brengen, worden de grootste jongen altijd als eerste gevoerd. En is er te weinig voedsel, dan gaan de kleinste dood van de honger.

De ongelijke behandeling zorgt ervoor dat zo veel mogelijk kuikens overleven. Als de uilenmoeder een dood jong vindt, laat ze zo’n voedzaam hapje niet verloren gaan, maar stopt ze het meteen in de snavel van zijn broers en zussen.

De uil is een zuinige huisvrouw – zelfs een dood kuiken wordt niet verspild.

© Markus Varesvuo/NaturePL

2. Kangoeroe offert jong op om zichzelf te redden

Als een kangoeroe met een jong in haar buidel een roofdier achter zich aan krijgt, probeert ze eerst zichzelf en haar baby in veiligheid te brengen. Maar lukt dat niet, dan gaat ze over tot plan B.

Ze gooit haar jong resoluut uit de buidel, waardoor ze een paar kilo lichter wordt. Dat kan haar net genoeg snelheid geven om te ontsnappen.

Door het jong op te offeren, zorgt de kangoeroe ervoor dat ze zelf in leven blijft en zich kan voortplanten. Vaak heeft het vrouwtje naast het grote jong nog een kleintje in haar buidel, dat zijn plaats kan innemen.

Als de moeder te zwaar is om een achtervolger te kunnen afschudden, moet het jong eraan geloven.

© Inaki Relanzon/NaturePL

3. Bloeddorstige mier laaft zich aan zijn larven

De draculamier, die op het Afrikaanse eiland Madagaskar leeft, draagt zijn naam niet voor niets. Het dier houdt er namelijk bijzondere eetgewoonten op na.

Draculamieren eten hun prooi niet zelf op, maar voeren die aan hun larven. Daarna knagen de werkmieren en de koningin gaten in de larven en drinken ze de zogeheten hemolymfe, het bloed van de insecten.

De mierenlarven kunnen ertegen, maar niet alle dierenjongen overleven de kaken van hun ouders. Zo moeten de jongen van de komodovaraan zodra ze zijn uitgebroed een veilig heenkomen zoeken in de bomen, om te voorkomen dat pa en moe ze opeten.

De draculamier eet geen vast voedsel, maar drinkt het bloed van zijn eigen larven.

© Alex Wild